Het derde album van celliste Clarice Jensen, het bij FatCat Records verschenen ‘The Experience of Repetition as Death’ – de titel ontleende ze aan een regel uit een gedicht van Adrienne Rich – is een zeer persoonlijke geworden, waarin Jensen stil staat bij een basisprincipe in het leven: de herhaling van gebeurtenissen, gevoelens en herinneringen. Ze goot het in vijf indrukwekkende stukken.
Het fenomeen herhaling kent in ons leven verschillende vormen. Zo besteedde Sigmund Freud reeds aandacht aan het fenomeen van destructief gedrag en hoe zich dat bij ons herhaalt, ook al willen we dat zelf niet. Maar ook ernstige gebeurtenissen kunnen ons blijven achtervolgen en zich op de meest onverwachte momenten aan ons opdringen. En dan is er nog de herhaling van al het alledaagse dat moet gebeuren en waar we ons iedere keer weer trouw toe zetten. Jensen ziet haar muziek als therapeutisch in deze: “I hope this album, in its repetition, might provide the listener with a respite from – or a reflection upon – the malaise and / or comfort of life’s repetition,”
Die wens komt niet uit de lucht vallen, het album ontstond in de tijd dat Jensens moeder op sterven lag ten gevolge van leukemie. Daaraan terugdenken is vanzelfsprekend zwaar, wat niet betekent dat het louter die traumatische ervaring is die haar op dit thema van herhaling bracht, het was ook hier het alledaagse: “My sister and I were taking care of her. So I’m also referencing the repetitiveness of all the mundane things we still did with her in the face of her terminal illness – preparing meals, doing the shopping, paying bills – as well as the repetition of all of visits to the doctor and hospital.” En ook dit is iets wat we allemaal herkennen: het moeten handelen, desnoods op de automatische piloot. Bijna als een soort van ritueel.
De muziek heeft daar ook wel kenmerken van. Zo zit er zeker herhaling in opener ‘Daily’, maar het tempo ligt hier wel heel laag, bijna als een trage stroom. Het begin van ‘Day Tonight’ voelt nog sterker als een ritueel, celloklanken mengen zich hier met wat wel wat weg heeft van boeddhistische gezangen. Verder valt ook in dit stuk het gelijkmatige, stromende karakter van de muziek op. Jensen slaagt wat dat betreft zeker in haar therapeutische doelstelling. Het piepgeluid dat we vaak in ziekenhuizen horen, waardoor de verpleging letterlijk hoort of alles goed gaat, speelt een rol in ‘Metastable’. Jensen verweeft het met veel vernuft in haar klanknevel en laat de hoge noten prachtig contrasteren met het diepste laag van haar cello.
Ook ‘Holy Mother’ verdient toelichting. Het is de vertaling van de Tibetaanse naam voor de Mount Everest, ‘Qomolangma’. Voor Jensen is deze hoogste berg een metafoor voor het uit de tredmolen van het leven te willen stappen door het aangaan van een groots avontuur. Maar dit stuk is ook een soort van monument voor die klimmers die de vlucht uit de dagelijkse werkelijkheid met de dood moesten bekopen. Tot slot klinkt ‘Final’ en is ook de loop van dit indrukwekkende album voltooid.
Het album is te beluisteren en te koop via Bandcamp: