‘Tri Sestry’ is de eerste grote opera van de Hongaarse componist Peter Eötvös. De première vond plaats door Opéra de Lyon in maart 1998, opnames die ook op Cd verschenen. In 2018 bracht Opera Frankfurt het stuk in een enscenering van Dorothea Kirschbaum. Oehms Classics bracht het onlangs uit. Helaas wederom op Cd en niet op Dvd en zonder libretto! Bijzonder jammer en zeker omdat de opera in het Russisch word gezongen. Gelukkig is de tekst wel hier te downloaden.
Eötvös baseerde zich voor deze opera op het gelijknamige stuk van Anton Tsjechov. Niet dat je de vertaling van het toneelstuk één op één naast deze opera kunt leggen, Eötvös en zijn librettist Claus Henneberg hielden zich namelijk totaal niet aan het tijdsverloop van het originele toneelstuk, in deze versie samengebracht in een proloog en drie aktes. Zo bevat de eerste akte bij Eötvös de tetst van de vierde akte in Tsjechovs stuk en gebruikt hij verder in iedere akte, waarin er telkens één personage centraal staat, materiaal uit het totale originele stuk. Eötvös kiest er duidelijk voor om meer in te gaan op de interactie tussen de hoofdpersonen – waarbij hij de zusters door countertenoren laat zingen – en hun psychologische gesteldheid dan om het verhaal logisch in de tijd te plaatsen. Kiest Tsjechov voor een lineaire aanpak, Eötvös kiest voor een cyclische.
Opvallend is verder, iets wat we niet echt meekrijgen bij het beluisteren van de Cd, dat Eötvös ervoor koos om het orkest, in dit geval het Frankfurter Opern – und Museumorchester, onder leiding van Dennis Russell Davies, in twee delen te splitsen: achttien musici, waaronder hout en koper, bevinden zich in de orkestbak; vijftig musici staan opgesteld achter het podium, inclusief slagwerk en twee Cd-spelers. We vinden hierin duidelijk de invloed terug van Karlheinz Stockhausen, zowel in de opstelling als in het gegeven dat de blazers personages vertegenwoordigen – overigens iets wat Stockhausen weer van Richard Wagner leerde. Niet vreemd, want tijdens het componeren van deze opera was hij als assistent dirigent betrokken bij uitvoeringen van Stockhausens ‘Aus Licht’.
Zoals gezegd begint de opera waar het toneelstuk eindigt. IJle, vliedende klanken, waaruit de stemmen van de drie countertenoren die de rollen van Irina (Ray Chenez), Mascha (David DQ Lee) en Olga (Dmitry Egorov) vertolken unisono naar voren komen. De spanning vanuit de muziek neemt toe. Naadloos gaat de proloog over in de eerste akte, waarin de geschiedenis van Irina centraal staat. Opvallend in deze opera is de muziek. Enerzijds horen we transparante, lichte klanken, die soms zelfs wat Aziatisch aandoen; anderzijds speelt het slagwerk een bijzonder grote rol. De zang houdt daarbij het midden tussen Sprechgesang en lyriek, met soms een grote dramatische kracht en vreemde wendingen. Ook zonder de tekst hoor je hier wel dat het Eötvös vooral gaat om de psychologische relaties tussen de hoofdpersonen. Het inzetten van de countertenoren in de rol van de drie zusters verleent daar nog een extra dimensie aan. De tweede akte vangt zeer heftig aan, met krachtige klanken uit het orkest. Hier staat het verhaal van Andrej centraal, de boer van de drie zusters, een prachtige rol van Mikołaj Trąbka. De derde, relatief korte akte is voor Masha, met verder mooie rollen van Iain MacNeil als Werschinin en, heel opvallend, de bas Alfred Reiter als het kindermeisje Anfisa!
Een prachtige productie met een prima bezetting en een uitstekend spelend orkest, zonder meer de aanschaf waard.
Bekijk hier de trailer van de productie: