Op dit Wergo album, getiteld ‘Works for double bass’ met muziek van Hans Werner Henze, staat de contrabas centraal. Solo, als sextet en in de vorm van een concert voor orkest. Echt vaak komen we dit instrument op deze wijze niet tegen in de klassieke muziek. Dankzij de passie van de Italiaanse bassist Daniele Roccato nu echter wel en samen met het Orchestra Sinfonica Abruzzese, onder leiding van Tonino Battista en het ensemble Ludus Gravis brengt hij een hommage aan een bijzondere componist en een bijzonder instrument.
Het verhaal vangt aan in december 2009 als Roccato Henze bezoekt in La Leprara, diens villa in Italië. Roccato heeft een versie voor zes contrabassen gemaakt van de oorspronkelijk voor zes cello’s geschreven ‘Trauer-Ode’. Henze vindt het geen goed plan. Als laatste redmiddel biedt Roccato aan het te komen voorspelen, waarop Henze zegt: “Maestro, would you like to come back here with a truck full of double basses?” Bijna een jaar later staat Roccato weer op de stoep, nu samen met Ludus Gravis en zes contrabassen. Na twee keer luisteren is Henze om, belt muziekuitgeverij Schott en laat deze versie formeel vastleggen. Na net genoeg witte wijn om nog te kunnen spelen voert Roccato daar aansluitend de twee solostukken uit die ook op deze Cd staan: ‘San Biagio 9 Agosto ore 12.07’ dat Henze schreef voor de contrabas en ‘Serenade’ dat hij oorspronkelijk voor cello schreef en dat in 1981 door Lucas Drew werd bewerkt voor contrabas.
Met de titel ‘San Biagio 9 Agosto ore 12.07′ verwijst Henze naar de kerk van San Biagio in Montepulciano, Toscane. Hij organiseerde in die jaren een festival, Cantiere Internazionale d’Arte (International Art Workshop) rond eind juli / begin augustus. Het kan dus goed dat hij naar zo’n concert verwijst. Maar de kerk als spirituele plek speelt zeker ook een rol in dit diepgravende en sterk contemplatieve stuk. ‘Serenade’ uit 1949, een vroeg stuk van Henze, klinkt beduidend lichter. De negen korte delen – het stuk duurt in totaal ruim acht minuten – zijn korte passages, ieder met een eigen karakter. In het geheel niet zwaar op de hand, soms klinkt er zelfs iets van een dans in door. ‘Trauer-Ode’, het origineel stamt uit 1977, bewerkte Roccato dus in 2010 voor zes contrabassen en het is Ludus Gravis dat er ook hier een bijzonder ingetogen en verstilde uitvoering van verzorgt, Het is een opvallend lyrisch en verhalend stuk, heel anders dan de twee stukken hiervoor. Het tekent Henzes veelzijdigheid.
De kern van dit album wordt gevormd door het Contrabasconcert uit 1966, dat hiermee voor de tweede keer op Cd verschijnt en voor de eerste keer in de originele versie. Henze schreef het stuk voor de bassist Gary Knarr die het echter een te moeilijk stuk vond en enige aanpassingen deed om het te kunnen uitvoeren. Dat gold niet voor Roccato die blijmoedig het origineel ter hand nam voor deze bijzondere uitvoering. Het stuk begint, ‘Moderato cantabile’ met een vluchtige lichtheid, waarna de contrabas er een donker element inbrengt. In het tweede deel, ‘Vivace’, zit een aangename ritmiek, ingezet door de contrabas en opgepakt door de strijkers. In het tweede gedeelte gaat het stuk over in een aangename, lyische kalmte. Het derde deel ‘Ciacona’ is het langste deel van het concert en kent een grote mate van levendigheid en afwisseling. Verder vinden we hier een aantal prachtige solomomenten. Een gemakkelijk concert is dit allerminst, Roccato zet hier samen met dit orkest een prestatie van formaat neer.
Bekijk hier een live uitvoering van ‘Serenade’ tijdens Bass’ 2008 in Parijs: