De in 2016 overleden Deense componist Pelle Gudmundsen-Holmgreen was een opmerkelijke figuur binnen de Scandinavische muziekcultuur. Nadat hij zich eind jaren ’60 afkeert van de serialisten en zijn eigen stijl vindt, die hij ‘Den ny enkelhed’ doopte, ofwel de nieuwe simpelheid, bouwt hij gestaag aan zijn positie als outsider. Outsider of niet, hij heeft veel hedendaagse Deense componisten beïnvloed, waaronder Allan Gravgaard Madsen. Dat we ze nu beiden vinden op een nieuw album van het Dacapo hoeft dan ook niet te verwonderen.
‘Voor viool en orkest’ stamt uit 2002. Gaat het hierbij niet gewoon om een vioolconcert? Niet als we de vorm die een concert voor een solo instrument en orkest meestal heeft, in ogenschouw nemen. Daar voldoet dit uit vijf naamloze delen bestaande stuk namelijk totaal niet aan. Speelse bewegingen in het hoog, horen we violiste en concertmeester van het Danish National Symphony Orchestra, Christina Åstrand weergeven, ondersteund door de harp. Heel zacht klinkt het orkest op de achtergrond, als stoffering, als sfeerbepaler. Andrew Mellor zet in het tekstboekje bij de Cd de violist neer als een protagonist die een reis maakt door de muziek. Geen gekke gedachte. Dit stuk heeft inderdaad een sterk beeldend en verhalend karakter en diverse klankwerelden die Gudmundsen-Holmgreen hier in zijn stuk presenteert zijn goed te duiden als landschappen waar we doorheen reizen. Vaak is die klankwereld opvallend harmonieus en gaat Gudmundsen-Holmgreen een goede melodie zeker niet uit de weg. Op andere momenten verrast hij ons met een meer dynamische, ritmische klankwereld of met inventieve, zelfs soms humoristische passages, waarin hij onverwachte klanken uit de instrumenten tovert. Het Danish National Symphony Orchestra, onder leiding van Nicholas Collon geeft, samen met Åstrand, aan al deze werelden prachtig vorm.
De inkt van ‘Nachtmusik’ Madsen’s concert voor piano, viool en orkest is nog maar net droog. Een nieuw stuk dat direct bij de première wordt opgenomen en al vrij snel daarna op Cd verschijnt, het is iets waar iedere componist van droomt. Ook hier horen we het Danish National Symphony Orchestra, nu onder leiding van Ryan Bancroft. Åstrand is ook hier de violiste, Per Salo de pianist. Madsen schreef het stuk speciaal voor dit echtpaar en dat hoor je zonder meer terug, Bijzonder is het eerste deel, ‘Nachtstück’ waarin hij uitgaat van één toon die we steeds opnieuw horen, maar die hij wel steeds verder uitrekt. Het is zonder meer fascinerend om te horen hoe hij de klanken van de beide instrumenten hier met elkaar verweeft tot een harmonisch geheel. Pas vrij laat in dit deel brengt Madsen het orkest in actie, dat naadloos aansluit bij de stroom van klanken die hij inmiddels heeft ontketend. In het ‘Intermezzo’ brengt de componist meer contrast aan, al blijft het ritme van die basisklank leidend. Een ritme dat hij in het aantrekkelijke ‘Ständchen’ luisterrijk uitbouwt.