De Singel, Antwerpen – 22 november 2019
Diverse ensembles, het Antwerp Symphony Orchestra, het conservatorium, De Singel en de Koningin Elisabethzaal werkten de afgelopen week intensief samen om een passend hommage te geven aan één van de belangrijkste Vlaamse componisten van de moderne tijd: Luc Brewaeys. Middels de uitvoering van zijn stukken waarbij Schotse single malt whisky de belangrijkste inspiratie vormde. In De Singel zorgden leden voor ChampdAction, HERMESensemble en I SOLISTI voor schitterende uitvoeringen van vijf stukken voor diverse bezettingen.
Brewaeys zelf, zo verhaalt musicoloog Maarten Beirens tijdens de inleiding, heeft ooit gezegd dat zijn werk alleen door een Vlaamse componist gemaakt kon worden. Daarmee doelde hij op de eclectische stijl die hij hanteerde en waarin zowel invloeden uit het Franse spectralisme, als het Duitse serialisme en de Italiaanse lyriek te vinden zijn. We horen het terug in deze stukken waarin het spectralisme weliswaar dominant aanwezig is, maar nooit in de meest zuivere vorm.
Twee stukken vanavond voor ensemble, ‘Cardhu’ en ‘OBAN’; een strijkkwartet, het tweede, luisterend naar de naam ‘Bowmore; een stuk voor percussie en piano, ‘Knockando’ en één voor cello en elektronica, het op ‘Cardhu’ gebaseerde ‘Black Rock Unfolding’. Het idee voor die Whisky stukken ontstond in 1988 in Canada. Daar ontmoette Brewaeys de componist Bruce Mather die iets soortgelijks had gedaan rondom Franse wijnen. In 1991 leidde dit tot ‘Knockando’ voor percussie en piano. Het stuk is opgebouwd uit een serie duo’s, waaronder pauken met piano, marimba met piano, enz. Bijzonder is de wijze waarop Brewaeys hier het spectrale element hanteert. In de scène met de pauken en de piano is heel goed te horen dat het muzikale materiaal volledig is terug te voeren tot die ene noot, waarbij de beide instrumenten soms bijna niet van elkaar te onderscheiden zijn. Tegelijkertijd is dit stuk qua dynamiek typisch Brewaeys.
De twee volgende stukken, van de totaal zes die Brewaeys schreef in deze serie, ontstaan in 1993: ‘Laphroaig’, ofwel zijn vijfde symfonie en ‘Talisker’. Beiden kwamen aan bod naar aanleiding van het concert op 17 november in de Koningin Elisabethzaal. In 1995 schrijft de componist het vierde stuk en tevens zijn tweede strijkkwartet, ‘Bowmore’. Bijzonder zijn het begin met de solopartij van de altviool, weerbarstig in vergelijking met het zachte geluid van de drie andere strijkers en het derde deel waarin Brewaeys laat horen zowel beïnvloed te zijn door Steve Reich als door Pierre Boulez. Het is knap hoe hij de muziek van twee totaal verschillende componisten op een succesvolle wijze aan elkaar weet te knopen en dan ook nog wat Schotse folk er doorheen weet te verweven. De vier strijkers van het HERMESensemble draaien hun hand er niet voor om en verzorgen een prachtig uitgebalanceerde en secure lezing, waarin de specifieke kenmerken van dit strijkkwartet prachtig tot uiting komen.
Een jaar later volgt ‘OBAN’, het enige stuk waarin Brewaeys een directe link legt tussen de inspiratie en de muziek. Het aardse karakter van deze whisky komt terug in de negen instrumenten die allemaal het lagere register bedienen. Het begin van het stuk lijkt dan ook wel een pruttelende vulkaan, met zijn dynamische erupties. Daarna keert de rust in en zijn we getuigen van een prachtig staaltje spectraal componeren en in dit geval ook van spelen. Het ensemble, bestaande uit leden van zowel ChampdAction, HERMESensemble, als I SOLISTI, onder leiding van Ed Spanjaard, weeft prachtige, kleurrijke patronen. Opvallend zijn de klanken van de fagot en de basklarinet, een knorrend laag producerend, als onderdeel van het totale klankspectrum. Dan is het lang stil rondom de whisky. Het zesde en laatste stuk schrijft Brewaeys in 2008, ‘Cardhu’, eveneens voor ensemble. In ‘Cardhu’ maakt Brewaeys een stap buiten het spectralisme, door in het klankbeeld ‘vreemde’ noten toe te laten. Het gaf Brewaeys de mogelijkheid een harmonische spanning te creëren in zijn stukken. Iets dat we nog sterker tegenkomen in ‘Black Rock Unfolding’, een bewerking voor cello en elektronica van ‘Cardhu’, hier schitterend uitgevoerd door Arne Deforce, de cellist van ChampdAction. Toch laat Brewaeys ook hier het spectralisme niet los, vult het alleen verder aan.