Triotique, een Beligisch trio met de originele samenstelling van dwarsfluit, hobo en piano was mij tot nu toe onbekend. Vorig jaar bestonden ze echter vijf jaar, reden om zes componisten: Erik Desimplaere, Frank Nuyts, Bianca Bongers, Koen Quintyn, Alice Hebborn en Benjamien Lycke te vragen om nieuw werk en dat aan te vullen met een stuk van Corrado Maria Saglietti dat dit trio gewoon graag speelt. Het leidde tot ‘3D’ dat verscheen bij Et’cetera Records.
De leden van Triotique, fluitiste Elke Elsen, haar zus en hoboïste Frauke Elsen en pianiste Margot Welleman hebben ondanks hun jonge leeftijd reeds een indrukwekkend cv opgebouwd, zowel met dit trio als in hun werk elders binnen de klassieke muziek. Triotique won ook al een prijs, de ‘Prix Mathilde Horlait-Daosens van het Brussels conservatorium en stond in 2015 in de finale van de Fontys-Toonzaal Enseblecontest in Den Bosch. En nu ligt er dus ‘3D’. De titel houdt verband met ‘View master’ van Desimpelaere. De wat ouderen onder de lezers kunnen zich dit apparaatje wellicht nog wel herinneren. Een soort klein formaat diaprojector die je voor je ogen hield. het plaatje zag je vervolgens driedimensionaal. Iets soortgelijks probeert Desimpelaere hier met muziek door een veertiental fragmenten in wisselende samenhang over elkaar heen te laten schuiven. Het leidt tot een uitgesproken caleidoscopisch klankbeeld. Frank Nuyts baseerde ‘No quiero que os seperéis’ op een kameropera die hij enige jaren geleden schreef voor de opera van Madrid en dat helaas nooit werd uitgevoerd. De Spaanse invloed is echter goed hoorbaar in dit meeslepende en zeer beeldende stuk, waarin Nuyts met deze drie instrumenten een zeer boeiende samenhang weet te creëren.
Bianca Bongers, ze kwam op deze blog al vaker voorbij, heeft eveneens veel met beelden. Sterker nog, meestal ontstaat haar compositie vanuit visuele kunst. Ze maakt tekeningen en ruimtelijke objecten die ze vervolgens vertaalt in een partituur. Bijvoorbeeld in ‘Surrounded by Air – Appearance II’ waarbij het beeld centraal stond van een kubus, bestaand uit stippen, bollen en punten. Het levert abstracte muziek op, maar waar wel degelijk samenhang in zit, de klanken volgen elkaar daarbij op een heel logische wijze op. Inderdaad alsof er een lijn wordt getrokken, een figuur wordt gecreëerd. ‘Winaloto’ van Koen Quintyn is een totaal ander stuk. De constante stroom noten kent een zeer sterke onderlinge samenhang en heeft een repetitief ritmische basis. Quintyn’s muziek staat hier dicht bij zowel de minimal music als de experimentele elektronica, al wordt het stuk volledig akoestisch uitgevoerd. Alice Hebborn voegt in ‘Au Bout de Souffle’ wel elektronica toe. Die gaat een spannende relatie aan met de drie instrumenten in dit kleurrijke stuk waarin het Hebborn vooral om de aard van de klank lijkt te gaan. We beginnen aan het wateroppervlak, maar duiken steeds dieper, waardoor de klanken steeds meer vervormen, om vervolgens de weg terug te nemen. ‘Drie Reeën’ tenslotte van Lycke is een zeer enerverend stuk, met prachtige tempowisselingen De drie musici buitelen in razende vaart over elkaar heen, het lijkt wel een circusact. Tegelijkertijd weet Lycke hier op prachtige wijze de spanning op te bouwen en geeft hij de drie musici alle gelegenheid om te excelleren.
In ‘Weekend in Tokyo’ vangt Saglietti een weekend in Tokyo. In zeven scènes verklankt hij op zeer sfeervolle wijze een grote veelzijdigheid aan indrukken. Een huwelijksceremonie in een tempel klinkt ingetogen, met een vleugje Japonisme. Dit ‘Meiji Jingu’ wordt wordt omlijst door ‘Shibuya’, waarin Saglietti de drukte van de stad vangt middels enerverende klanken. In het viederde deel, ‘Sudobashi’ wendt Saglietti zijn blik naar de rivier, die ondanks de drukte om hem heen, rustig stroomt. Ook hier duidelijk Japanse invloeden in de muziek. Dat gebeurt evenens in de tweede tempelscène, ‘Zojoji Temple’. Een bijzonder stuk dit ‘Weekend in Tokyo’, we kunnen ons direct voorstellen waarom dit trio het graag speelt.
Maar goed, hun repertoire is met deze opdrachten in één klap flink uitgebreid en aan de manier waarop al deze stukken worden gespeeld, is te horen dat de dames er zeer blij mee zijn. Dit album is daarmee beslist een aanwinst, zowel vanwege de originele bezetting als de overtuigende wijze waarmee Triotique ons deze nieuwe werken presenteert.
Beluister hier de composities van Bianca Bongers en Alice Hebborn: