Op 1 december 2015 overleed onverwachts de Zwitserse componist en blokfluttist Hans-Jürg Meier, hij werd maar 51 jaar. Een kort zoektocht op internet levert bijzonder weinig opnames op van de man zijn werk, dus deze uitgave van Wandelweiser, met daarop drie stukken voor kleine bezetting, een genre waar Meier zo te zien in uitblonk, is meer dan welkom. ‘Colours de la Rose’, ‘Presso il Passo di Cristalina’ en ‘Diaphanés (durchscheinend)’ vinden we hier. Met veel zorg gekozen, uitgevoerd en gepresenteerd, laat dat maar aan dit label over.
Voor ‘Colours de la Rose’, stammend uit 2002, liet Meier zich inspireren door de Renaissance componist Guillame de Machaut. Een componist die meer hedendaagse componisten blijkt te inspireren. Het stuk is geschreven voor fluit, hobo en saxofoon. Als je naar de samenstelling van dit trio kijkt dan weet je dat de klanken van deze instrumenten wel eens prachtig samen kunnen gaan vallen. Dat gebeurt en daarbij is Machaut nooit ver weg, deze muziek ademt de sfeer van de Renaissance. In de omslag van de Cd, wederom in die altijd even strakke uitvoering die we van Wandelweiser gewend zijn, wordt de vergelijking gemaakt tussen de muziek van Meier en architectuur. In beide gevallen speelt de verbeelding een belangrijke rol en beiden moeten worden gerealiseerd om hun invloed volledig te doen gelden, de ene in ruimte de andere in tijd. En warempel Meier trekt een bouwwerk op voor drie instrumenten. Het ene moment melodisch en harmonisch – dan horen we de invloed van Machaut, het andere moment met een knipoog naar het experiment. En het is verbazingwekkend hoe mooi Meier dit stuk opbouwde en hoe fijnzinnig hij deze drie instrumenten inzet en met elkaar laat interacteren. De opnames van dit stuk dateren uit 2001 en het Trio Lepic lijkt inmiddels niet meer te bestaan; fluitiste Vera Fischer maakt deel uit van Klangforum Wien, hoboïste Franziska Müller werkt als muziektherapeut en Rico Gubler is inmiddels meer componist dan uitvoerder.
‘Presso il Passo di Cristallina’ schreef Meier voor het instrument dat hij het beste kende: de blokfluit. Twee blokfluiten om precies te zijn. De Passo di Cristallina ligt in Ticino, het Italiaanse deel van Zwitserland, dicht bij de Italiaanse grens. Belangrijke informatie want: “dem Stück ging das reale Erlebnis der überraschenden Stille kurz vor der Passhöhe des Passo di Cristallina.” Het stuk begint met losstaande klanken die geleidelijk samenkomen in een intens vervlochten patroon van de twee blokfluiten, het lijkt wel een soort van dans, die na ruim 3 minuten abrupt stopt. Het vervolg bestaat uit lange microtonale klanklijnen, waarbij de twee blokfluiten elkaar regelmatig kruisen. Een prachtige manier om de hierboven genoemde stilte te verklanken, zeker in deze uitvoering, vorig jaar opgenomen, door Samira El Ghatta en Andel Strube,
De relatie muziek en architectuur komt het beste tot uiting in het door de fluitistes Sarah Giger, Nadja Camichel en Sarah van Cornewal – alle drie op barokfluit – samen met percussionist Martin Lorenz opgenomen ‘Diaphané (durchscheinend)’. Meier verklankt hier de sensatie bij het betreden van de Santo Stefano in Rotondo in Rome. De percussie zet markeerpunten uit. IJle klanken van de fluiten, elkaar afwisselend, vullen de ruimte. Vormen samen een steeds verder verdichte klankwolk. Bij een zo goede uitvoering als deze is aan alles te horen dat Meier uitstekend in staat was om de klankkenmerken van de fluit optimaal in te zetten. In dit verstilde, contemplatieve stuk, zo goed passend bij een kerk, bereikt hij het summum aan samenspel en het werken met microtonen. De bijzondere composities van deze Zwitserse componist verdienen beslist meer aandacht dan ze nu krijgen. Hulde aan Wandelweiser en wat mij betreft gaat er meer volgen.
Beluister hier fragmenten van dit album.