In de documentaire ‘De Rode Ziel‘, uit 2017, verdiept regisseuse Jessica Gorter zich in de erfenis van Jozef Stalin. De dictator met miljoenen doden op zijn geweten die in het hedendaagse Rusland alleen maar populairder lijkt te worden. De nabestaanden van de slachtoffers durven mede hierdoor amper met hun verhalen naar buiten te treden. Gorter vroeg Rutger Zuydervelt, ook bekend onder het alias Machinefabriek om de soundtrack van deze film die onlangs werd uitgebracht bij het Noorse Sofa Music te componeren.
Een soundtrack voor zo’n film is eigenlijk een onmogelijke opgave. Hoe geef je de beladen verhalen in deze film – een vader struint met zijn tienerdochter door desolate bossen, op zoek naar massagraven met Russische gevangenen; Twee zussen van wie de moeder werd weggevoerd naar een gevangenkamp delen hun vroege herinneringen – op een goede manier vorm in muziek? Zuydervelt vroeg allereerst versterking, bij altsaxofonist Ilia Belorukov en percussionist René Aquarius en zocht verder naar passende geluidsopnames die hij met zijn muziek kon verweven.
Wat we krijgen zijn een serie intieme geluidscollages waarin de samples, bijvoorbeeld van Russische liederen verzameld op oude grammofoonplaten, een hoofdrol spelen, aangevuld met sfeervolle ruis, vreemde geluiden, Belorukovs altsaxofoon en bescheiden slagwerk van Aquarius. De muziek is prima te beluisteren zonder de film erbij, ook zo hoor je dat deze ergens over gaat en beladen thema’s behandelt. Het is dan ook niet de eerste film waar Zuydervelt de muziek voor maakte. In 2013 schreef hij bijvoorbeeld de soundtrack voor een documentaire over Sol LeWitt door Chris Teerink, in 2014 de muziek voor de Canadese film ‘The Cold and the Quiet‘ en in 2017 de muziek voor de documentaire ‘Pierre Janssen: in de greep van de kunst‘ van Lex Rietsma.
Zuydervelt verstaat de kunst van het uitdrukken van sfeer in muziek als geen ander. In ‘Subway’ zit een vreemde spanning, mede door die puls die iedere keer uit het niets opduikt en de troebele geluidssoep doorbreekt. In ‘Bones I’, hoe kan het ook anders met zo’n titel, is die spanning nog sterker, of er een duistere wind waait over de toendra, flarden van liederen klinken er tussendoor en angstaanjagend geknars. In ‘Factory’ en ‘Train’ horen we fabrieks- en treingeluiden als substantieel onderdeel en altijd op zo’n manier dat het de verbeelding prikkelt, als onderdeel van een groter geheel, bij ‘Train’ is dat bijvoorbeeld door de combinatie met een vrouwenkoor dat één of ander volksliedje zingt en dat ook een rol speelt in ‘Dacha’. In ‘Bones II’ tenslotte horen we een intens spelende Belorukov de pijn verklanken.
Een geslaagd album dus, net als de prachtige documentaire van Gorter.
Het album (in tegenstelling tot de Cd bestaat de digitale versie slechts uit één track) is te beluisteren en te koop via Bandcamp: