Muziekgebouw aan ’t IJ, Amsterdam (Holland Festival) – 28 juni 2018
‘Written on Skin’, de tweede opera van George Benjamin, uit 2012, wordt algemeen gezien als een hedendaags meesterwerk, sterker nog: als één van de belangrijkste opera’s van onze tijd. Wereldwijd is hij dan ook al meer dan negentig keer uitgevoerd, iets wat vrij bijzonder is voor een moderne opera. En telkens weer gooit dit tijdloze verhaal over liefde, jaloezie en geweld hoge ogen. Nu staat hij dus in een semi-concertante versie in het Holland Festival na eerder in een scenische versie in oktober 2012 te zijn uitgevoerd door de Nationale Opera.
De heruitvoering past bij het feit dat George Benjamin dit jaar Componist in Focus is bij het Holland Festival. Eerder deze week beleefde bij de Nederlandse Opera ‘Lessons in Love and Violence‘ zijn Nederlandse première, klonken tijdens de Proms orkestwerken, en kunnen we dus nu genieten van deze enscenering, stammend ui 2016, in het Muziekgebouw aan ’t IJ. Geweld is ook hier weer een belangrijk thema maar in tegenstelling tot Benjamins meest recente opera is hier ook meer dan genoeg ruimte voor echte liefde. Ook dit verhaal is door librettist Martin Crimp geplaatst in de middeleeuwen. Een potentaat, ‘The Protector’ genoemd, laat een kunstenaar opdraven om een boek te maken met miniaturen waarin zijn heldendaden worden bezongen: hoe hij zijn vijanden versloeg, hoe hij zijn landgoed liet floreren, hoe hij zijn vrouw leidde en tot slot moet er ruimte zijn voor het paradijs. De kunstenaar krijgt een kamer en gaat aan de slag. The Protector’s vrouw Agnès, totaal verwaarloosd door haar man, valt voor de kunstenaar, wat die laatste uiteindelijk de kop kost en Agnes helemaal aan het einde tot zelfmoord brengt.
Het stuk begint met drie engelen – ook hier valt op dat Benjamin, net als in zijn nieuwe opera geen ouverture gebruikt – die ons vanuit onze tijd op sublieme wijze begeleiden naar het verhaal en de personages aan ons introduceren. Slechts één zin: “Shatter the printing press. Make each new book a precious object, written on skin”. En hier hebben we direct de titel: een boek geschreven op perkament. Dan verschijnen ‘The Protector’, een prachtige rol van bariton Audun Iverson, die we reeds hoorden in ‘Sometime Voices’ tijdens de Proms en de jongen, een dubbelrol van countertenor Tim Mead die ook de eerste engel voor zijn rekening neemt. The Protector schept op over zijn bezit en de jongen is ontwapenend in zijn moraliteit. Al dat geweld stuit hem duidelijk tegen de borst, het gaat hem om de kunst. in de vierde scene gaat Agnès, Georgia Jarman, bij onze kunstenaar op bezoek, ‘The Boy’, een naam krijgt hij niet. Aan de klanken van het orkest – we boffen met het Mahler Chamber Orchestra onder leiding van Lawrence Renes en het feit dat ze dit stuk duidelijk niet voor de eerste keer spelen – horen we dat er iets begint te broeden tussen die twee. De strijkers en de hoorns verklanken het precaire moment. Prachtig is die dialoog als Agnès naar de tekening kijkt:
Boy: “You’re in my light, says the Boy.”
Agnès: “Oh?”
Boy “Yes – too close.”
Agnès: Oh? Too close in what way?”
Boy: “Too close to the page – you’re in my light.”
Een wereld in deze zinnen. Het is inderdaad nog een jongen, Agnès jaagt hem in eerste instantie duidelijk de stuipen op het lijf. Ook later, als ze de kus verwacht en hij maar over die tekening blijft doorgaan waarin hij de liefde wil verbeelden. Agnès zegt: “A picture, says Agnès, is nothing. Love’s not a picture: love is an act.” Prachtig zinderend verklankt door het orkest en gezongen, met name door Jarman en prachtig geacteerd. Maar het mooiste is nog, en dat maakt deze opera zo groots, hoe Benjamin en Crimp een psychologisch portret weten te schilderen van deze mensen. Die jongen die zijn geluk vindt, Agnès die er eindelijk eens voor iemand toe doet en tot slot ‘The Protector’, die zo met zichzelf en zijn geweldoplossingen bezig is dat hij niets in de gaten heeft, niets in de gaten wil hebben. Tot zijn onbewust opspeelt in een droom. Wakker geworden, probeert zijn vrouw hem te verleiden. Hij kan er niets mee en brengt zijn vrouw tot wanhoop door haar gedrag als kinderachtig af te doen. En dan verraad ze zich:
“Ask him what I am. Go to the wood. Ask him –
The Protector: “Ask who?”
Agnès: “The one who writes on skin – Ask him what I am – the Boy.”
Dat doet The Protector en de jongen leidt hem om de tuin met de mededeling dat hij het niet met Agnès houdt maar met haar zus, Marie. The Protector gelooft hem, wil hem geloven. Maar Agnès wil geen geheime liefde, zij wil haar man tarten en zorgt ervoor dat uiteindelijk alles uitkomt. The Boy schrijft het in het boek dat hij aan de man overhandigt voor hij vertrekt. Mooi gedaan, want The Protector kan lezen, Agnès niet. The Protector leest het haar voor en dat is een overweldigende scene. Die man brengt hij tot razernij, terwijl Agnès er gelukzalig bij zit. De muziek is hier van een wrede schoonheid, van de spanning kun je plakjes snijden.
Maar de jongen komt er niet mee weg. De engelen stellen nog voor dat The Protector ook barmhartig kan zijn maar dat is aan deze man niet besteedt. Hij doodt hem, we horen het middels de ongekend dramatische muziek en serveert zijn hart als diner aan zijn vrouw! Als ze uitgegeten is, onthult hij zijn geheim. Na een kort moment van verslagenheid, zoveel gruwel verrast ook haar, herstelt ze zich:
“Nothing I ever eat, nothing I drink will ever take the taste of that Boy’s heart out of this body. No force you use, nothing you forbid can take away the picture that Boy’s hand draw on this skin.”
En hier hebben we de tweede betekenis van de titel. Het maakt de man gek van jaloezie en in de laatste scene horen we de jongen in zijn rol van engel terwijl hij ons een miniatuur toont: “This – says the Boy – show the Woman Falling: here – look – the man takes a knife, but the woman’s quicker, and jumps. See how her body has dropped from the balcony.” Een ingetogen einde van een daverende opera.
Hoor hier George Benjamin over het componeren van de opera: