De Link, Tilburg – 18 april 2017
Het is de nachtmerrie van iedere componist: Een voor de uitvoering cruciale musicus valt op het laatste moment uit. Het overkwam componist, gitarist Aart Strootman afgelopen dinsdag. s’Ochtends melde sopraan Nora Fischer, die twee liederencycli zou zingen tijdens het concert in De Link zich definitief af. De griep had haar instrument, de stem, iets te veel aangetast. Maar gelukkig was daar de redder in nood, Rianne Wilbers, die het aandurfde om deze twee cycli in rap tempo in te studeren en te zingen! Een prestatie van formaat.
En het pakte ook nog eens bijzonder goed uit, maar daarover straks meer. Want ook dit concert is een dubbelconcert en het is slagwerker Dominique Vleeshouwers die aftrapt met twee totaal verschillende werken voor slagwerk. Zo theatraal, uitbundig als dat ‘Le corps à corps’ van Georges Aperghis klinkt, zo intiem, verstild klinkt ‘Lebensfunke’ van Malika Kishino. Voor beiden draait Vleeshouwers zijn hand niet om, zo blijkt. ‘Le corps à corps’ is geschreven voor tombak en stem. Een tombak is een vaastrommel die al eeuwen lang gebruikt wordt in wat we ooit Perzië noemde en nu bekend staat als Iran. Vleeshouwers heeft les genomen, zowel voor het bespelen van de tombak als voor het gebruik van de stem, om dit stuk te kunnen spelen. Ja, je moet er wat voor over hebben. ‘Le corps à corps’ is een soort van toneelstuk waarin de toeschouwers van een Formule 1 race worden geportretteerd. Het ritme van de trommel en van de stem zijn daarbij op elkaar afgestemd en verklanken de hectiek. De opgewonden toeschouwers, de uitroepen van verbazing, verwondering, de ontlading van de spanning, het zit er allemaal in. Culminerend in een verbazingwekkende stortvloed aan klanken. Een meesterlijk stuk en meesterlijk uitgevoerd.
In ‘Lebensfunke’ van de uit Japan afkomstige, maar in Berlijn woonachtige Malika Kishino gaat het er zoals gezegd heel ander aan toe. In wezen gaat het stuk over klank. Daartoe bespeelt Vleeshouwers een grote trom met een keur aan hulpmiddelen. Allereerst zijn handen, waar hij mee slaat, wrijft en streelt. Verder een variatie aan stokken, harde, vilten, met van die gummi balletjes en een serie borstels. Het geheel wordt spaarzaam en smaakvol aangevuld met elektronica. Een bijzonder stuk waarin we een geheel andere kant van Vleeshouwers mogen aanschouwen. In zijn eigen stuk ‘Redroon waves’ komen de beide werelden samen. Het eerste deel is sterk geïnspireerd door het werk van Iannis Xenakis en bestaat uit een aaneenschakeling van poly-ritmische patronen, gespeeld op een grote diversiteit van trommels. Het tweede deel bestaat uit golfachtige geluiden die elektronisch worden voortgebracht in de stijl van Vangelis waar Vleeshouwers op varieert middels een resonerende handtrommel. Wat de twee delen met elkaar verbind wordt helaas niet helemaal duidelijk en vooral in het tweede deel weet Vleeshouwers niet echt iets toe te voegen. Op basis van dit concert lijkt de conclusie gerechtvaardigd dat Vleeshouwers beter op zijn plaats is als uitvoerder dan als componist, vooralsnog.
Ook Aart Strootman is het type componist dat zowel actief is in de rol van componist als in de rol van uitvoerder. Hij speelt nog steeds frequent werk van andere componisten en speelt ook meestal de partijen voor gitaar in eigen composities. Toch is hij de laatste jaren beslist gegroeid in zijn werk als componist en dat hij dan ook in eerste plaats als componist wordt gezien is dan ook zeker terecht, met als voorlopig hoogtepunt de nominatie voor de Gaudeamus Award 2017. Hij zal op de komende Gaudeamus Muziekweek dan ook veelvuldig te beluisteren zijn. Hier in De Link brengt Strootman allereerst zijn liedcyclus ‘Giudecca’ die hij in opdracht schreef voor November Music en die daar november vorig jaar ook in première ging. Het stuk is gebaseerd op Dante’s ‘Inferno’ en bevat beschrijvingen over de aard van de hel. Zoals we eerder schreven was de première een succes mede door de stem van Fischer, waar Strootman het stuk voor schreef. Maar goed, hier dus geen Fischer. En Rianne Wilbers heeft duidelijk een ander type stem, minder vol, minder jazzy, wat ijler en puntiger. Maar evengoed prachtig en al klinkt ze in dit stuk minder trefzeker dan we van haar gewend zijn, wat natuurlijk alles te maken heeft met de bijzonder korte voorbereidingstijd, het staat geen moment in de weg. Hetzelfde geldt voor de try-out van ‘Naipauls Wanderer’ dat in mei in première gaat tijdens een feest van een particuliere opdrachtgever en dat Strootman schreef voor Temko. Hier valt allereerst de fijnzinnige instrumentatie op. De klanken van de vibrafoon (Ramon Lormans), de elektrische bas (Fred Jacobssen) en de gitaar vermengt Strootman in deze uit vijf liederen bestaande cyclus op prachtige wijze met elkaar tot een dromerig, zeer harmonisch geheel. De teksten heeft Strootman samengesteld uit citaten van de schrijver Vidiadhar Surajprasad Naipaul die als geen ander het kosmopolitisme belichaamde. Die sfeer van verhalen, dromerige en exotische oorden, verwachtingen en verre horizonten weet Strootman hier perfect te verklanken en Wilbers voegt hier met haar stem het hare aan toe.
Het laatste concert dit seizoen in De Link. We zullen de komende maanden moeten teren op de herinneringen. Die zijn er gelukkig genoeg, want dit seizoen mag zeker als geslaagd worden beschouwd, net als dit laatste concert. En ja, met dank aan Rianne Wilbers!
Bekijk hier een video met de uitvoering van ‘Le Corps à corps’: