Meredith Monk: Calling (Boek Recensie)

De laatste jaren is het werk van Meredith Monk ook in Nederland steeds vaker te zien en te horen. Ze was in 2022 de belangrijkste gast bij het Rewire Festival, met uitvoeringen van ‘Cellular Songs’ en ‘Memory Game’, naast dat er een aantal films werden vertoond, terwijl het Holland Festival een jaar later de eer had om ‘Indra’s Net’, het derde deel van een trilogie waarvan ‘Cellular Songs’ het tweede deel is, in wereldpremière te laten gaan in de gashouder van de voormalige gasfabriek in Amsterdam. Voorwaar voor iemand met haar status, een belangrijk momentum in de geschiedenis van dit festival. Dat was mede te danken aan de Hartwig Art Foundation, die enige maanden later kwam met een grote tentoonstelling van haar werk, in samenwerking met de Oude Kerk, eveneens in Amsterdam: ‘Meredith Monk: Calling’. Een tentoonstelling waarin het brede perspectief van Monks werk uitgebreid aan bod kwam. Opvallend genoeg was er geen catalogus. Een omissie die inmiddels ruimschoots goedgemaakt is met het eind vorig jaar verschenen vuistdikke boek met diezelfde titel: ‘Meredith Monk: Calling’, uitgebracht door Hatje Cantz. Een boek dat niet alleen alle in Amsterdam – en van die van een parallelle tentoonstelling in Haus der Kunst, München – tentoongestelde werken en veel foto’s bevat, maar ook een compleet overzicht biedt van alles wat Monk tot nu toe gedaan heeft. Aangevuld met een aantal doorwrochte essays en terugblikken en huldigingen van kunstenaars waar Monk gedurende haar lange carrière mee heeft samengewerkt.

En dat is veel, want Monks eerste werk, ‘Break’, stamt uit 1964. Opvallend in dat oeuvre is dat het eigenlijk bijzonder consistent is. Wat Monk nu doet, verschilt in essentie niet heel wezenlijk van wat ze deed half jaren ’60 van de vorige eeuw. In een interview met Frank J. Oteri, gehouden in maart 2000 en opgenomen in dit boek (maar ook hier te lezen), zegt ze daar zelf over: “There was a one day sometime in 1965 when I realized, in a flash (…it really was a flash experience…), that the voice could have the kind of fluidity and flexibility of the body, say, like the articulation of a hand. That the voice could be an instrument and that I could make a vocabulary built on my own voice the way that I had in movement.” Pas een jaar nadat ze begon, ontdekte ze dus al dat de menselijke stem voor haar de kern zou uitmaken van haar werk en zo geschiede. Want als er één ding is dat voor altijd met Monk verbonden zal zijn dan is het de menselijke stem, al het andere is daaraan ondergeschikt. Reeds in 1966, met ’16 millimeter Earrings’ voegde ze aan het werken met stem en performance nog de nodige zaken toe die haar de experimenteel eclectisch werkende kunstenaar maakte die ze sindsdien altijd zou blijven. Instrumentele akoestische instrumenten, vocale muziek – maar vrijwel nooit met teksten – elektronica, theater, performance, het inzetten van objecten met diverse lagen van betekenis en film maken sindsdien vrijwel altijd deel uit van haar werk. Een volgende stap maakt ze in 1968, met de oprichting van haar eerste collectief The House, een groep kunstenaars met een al even eclectische kijk op muziektheater als zij heeft. En wat daarbij opvalt en het geldt ook voor Meredith Monk & Vocal Ensemble dat ze in 1978 opzet, is de grote mate van gelijkwaardigheid tussen Monk en de leden van dit ensemble, waarvan een aantal reeds decennia met haar samenwerkt. Zo komt Monk bij ieder werk met een eerste opzet bij het ensemble, die reageren vervolgens op haar ideëen, maar dragen daaraan ook bij met suggesties en verbeteringen, waar Monk aansluitend weer mee aan de slag gaat. En zo, vaak over een periode van meerdere jaren, ontstaat er weer een nieuwe loot aan de boom.

Meredith Monk – ‘Songs of Ascension Shrine’, 2023 in de Oude Kerk. Foto’s: Oude Kerk.

Natuurlijk Monk was niet volstrekt uniek. Zo laat Adam Shatz in een essay in het boek terecht zien dat stemkunst in de hedendaags gecomponeerde muziek – en daar beperkt hij zich wel toe – al verder teruggaat. Zo kwam Arnold Schönberg in 1912 met Sprechgesang, in ‘Pierrot lunaire’ en waren componisten als Karlheinz Stockhausen, Luciano Berio, Luigi Nono en John Cage hier in diezelfde periode dat Monk ermee begon ook al mee bezig. Maar een belangrijk verschil is er wel: Monk had geen opleiding als klassiek zangeres, zoals Cathy Barberian, die veel met Berio werkte, bijvoorbeeld wel had. Monk kon daardoor volledig haar eigen gang gaan en die zo unieke, altijd direct herkenbare stijl van haar ontwikkelen. Daarbij komt Monk niet uit de traditie van de hedendaags gecomponeerde traditie, ze kende het werk van een groot deel van de hierboven genoemde componisten niet eens, maar uit die van de dans en de folkmuziek. Die invloed van andere muzikale culturen dan de westerse gecomponeerde is dan ook iets dat je sterk terughoort in haar composities en die haar een unieke positie geven binnen de hedendaags gecomponeerde muziek. Daar kreeg ze overigens niet altijd de erkenning voor die ze verdiende, mede doordat ze in die jaren ’60 en ’70 één van de weinige vrouwen was binnen de wereld van de hedendaags gecomponeerde muziek en het muziektheater. Zo maakte zo voor dat ’16 Millimeter Earrings’ een elektronische compositie die zonder meer bijzonder innovatief was en maar enige maanden later uitkwam dat Steve Reich’ ‘Come Out’. Toch wordt Monk over het algemeen niet gezien als één van de grondleggers van de elektronische muziek, terwijl dat dus wel zou moeten.

Meredith Monk – ‘Quarry (Installation)’, 1998 – Oude Kerk.

De filosoof Timothy Morton voegt in zijn essay nog wat belangrijke gedachtes toe over de aard van het werk van Monk: “Her genius is to create music that compels the listener to contemplate the very nature of music as such, it’s chiasmic touching, its palpation of time. This music is listening to itself. Stroking itself. Palpating itself gently, firmly, tickling itself, laughing, crying, rollin tears down the surface of itself”. Zeker vanaf ‘Facing North’ uit 1990 krijgt het werk van Monk steeds meer een spirituele dimensie. Uitvoeringen van haar werk, zoals die drie waar ik mee begon en die ik zelf bij kon wonen, laten dan ook altijd een diepe indruk achter. Je hebt niet alleen muziek gehoord en theater gezien, je hebt ook iets ervaren, je bent ergens deelgenoot van geweest. Dat is de kracht van haar werk. Dat maakt ook dat Cd’s beluisteren met haar werk – en ik verwijs graag nog even naar die box ‘The Recordings’ die in 2022 uitkwam met alle Cd’s die de afgelopen jaren bij ECM Records uitkwamen en die ook hier voorbij kwam – toch altijd second best blijft, hoe mooi het ook allemaal klinkt en waarom ook die tentoonstelling en dit boek nooit het hele verhaal zijn. Dat luisteren en kijken, het doet vooral verlangen naar een echte uitvoering. En daarom breek ik hier toch maar weer eens een lans voor het rijdreizen. Wanneer wordt dat nu eens mogelijk? Kan die Elon Musk daar nu niet eens voor zorgen? Doet hij ook nog eens iets nuttigs!