Opera Ballet Vlaanderen, Antwerpen – 18 december 2024
Het is natuurlijk toeval, maar op de dag voordat de Franse rechter uitspraak doet in één van de meest geruchtmakende verkrachtingszaken aller tijden, die draait om groepsverkrachtingen met verdoving van de inmiddels 72-jarige Gisèle Pelicot, waarvoor haar man Dominique en vijftig andere mannen terecht staan, brengt Ballet Opera Vlaanderen, in een bijzondere regie van Ersan Mondtag Richard Strauss’ ‘Salome’ weer eens op de planken. Met een keur aan uitstekende solisten, Astrid Kessler in de titelrol volop en een elektrificerend spelend orkest, onder leiding van de ook nu weer briljante Alejo Pérez, weet Mondtag op meerdere momenten met deze bijzondere regie te overtuigen. En voor diegenen die van plan zijn de opera daadwerkelijk te gaan zien: sla mijn laatste alinea vooral over, u wilt beslist niet weten hoe deze regisseur de opera laat eindigen.
Die vergelijking met de Pelicot-zaak drong zich vanmorgen bij het lezen van de krant bij mij op omdat Mondtag de verwrongen kijk op vrouwen als een belangrijk thema naar voren schuift en zo beslist meer diepte toevoegt aan de hoofdpersoon. Aan het verhaal besteed ik hier geen aandacht, aangezien de opera hier reeds drie keer voorbij kwam, daarvoor verwijs ik graag naar mijn eerste recensie. Terug dus naar de interpretatie van Mondtag. Waar andere regisseurs van Salome nogal eens een verwend kind maken dat niet weet wat het wil, kiest Mondtag ervoor om Salome neer te zetten als slachtoffer van toxisch geweld tegen vrouwen, dat echter weigert – en zie hier een belangrijke overeenkomst met Gisèle Pelicot – om zich tot slachtoffer te laten bestempelen. Kijken we met die blik naar de opera, dan vallen een aantal zaken mooi op hun plek. Een vondst van Mondtag daarbij – die hier ook tekent voor de decors en de kostuums – is zijn draaiende toneel, bestaand uit aan de ene kant de gevangenis en zijn omgeving, het decor waar de opera begint en aan de andere kant de grote zaal van het paleis waar Mondtag een orgie situeert, al krijgen we dat pas later door.
Bij Mondtag is Salome een meisje dat snakt naar echte volwaardige aandacht en liefde, maar dat van helemaal niemand krijgt, een visie waar Kessler zich uitstekend bij thuis voelt en die ze prachtig vertolkt. Werkelijk iedereen, haar stiefvader Herodes voorop – een prachtige rol van Thomas Blondelle, als een schmierende en bijzonder vadsige, geile oude bok – kan haar alleen maar zien als object. Uiteindelijk heeft Salome dit zodanig geïnternaliseerd, dat dit ook voor haar nog de enige wijze is waarop ze contact kan maken. Zelfs haar moeder Herodias is geen haar beter. Ze doet immers nagenoeg geen pogingen om haar dochter tegen haar man in bescherming te nemen, bang dat ze is om haar eigen positie te verliezen. In dit licht kunnen we de verleiding van Narrobath zien en Salome’s toenadering tot de profeet Jochanaän. Hij is de enige die haar niet ziet als seksueel object, al had Mondtag dat scherper aan kunnen zetten, aangezien hij volledig in beslag genomen wordt door zijn liefde voor god, de komende Messias en de vrouwenhaat die daar nogal eens voor fundamentalistische gelovigen mee samen lijkt te vallen, overigens overtuigend neergezet door Kostas Smorginas. Salome’s benarde positie, maar ook de innerlijke kracht die ze ondanks alles voelt, komen mooi tot uiting in de scène die de opera zo beroemd heeft gemaakt: de sluierdans. Hier switchen we meerdere keren tussen de beide tonelen, waarmee Mondtag aangeeft dat Salome tijdens die dans denkt aan de wraak die ze straks gaat nemen, de wraak die het mogelijk maakt om datgene te doen waar iedere vezel van haar lichaam zich tegen verzet. En hier gaat Mondtag in zijn regie veel verder dan gebruikelijk. Hij laat Kessler uit de kleren gaan, of beter gezegd: optreden in zo’n naaktkostuum en laat haar verkracht worden door Herodes – we zien hem naar buiten komen terwijl hij zijn broek dichtknoopt, gevolgd door een duidelijk aangeslagen Salome – bijzonder is ook dat Mondtag het geheel plaatst binnen een liederlijke orgie, Salome is niet de enige die daar naakt rondloopt en fungeert als een vrouw die tot alles bereid is.
En dan is daar dat tegendraadse, maar na anderhalf uur naar Mondtags visie gekeken te hebben, eigenlijk niet eens zo wonderlijke einde. Terwijl de laatste onheilspellende noten klinken, gebruikt hij wederom dit ronddraaiende toneel om zijn visie op een gepast einde met ons te delen. Terwijl Salome het afgehakte hoofd van Jochanaän kust, hebben de prostituees zich inmiddels meester gemaakt van de machinegeweren en executeren ze de hoge heren, terwijl ze Herodias opsluiten in de inmiddels leeggekomen gevangenis. En Herodes wacht, nadat hij de lijfwachten het bevel gegeven heeft om zijn stiefdochter te doden, vanzelfsprekend hetzelfde lot.