Ik raakte ooit in contact met de muziek van Udo Schindler via de bassist Meinrad Kneer. Het was de bedoeling om snel iets meer mee te doen met Schindlers muziek, maar zoals dat soms gaat, het kwam er maar niet van. Tijd dus om de schade maar eens in te halen en aan deze bijzondere improvisator aandacht te besteden. Allereerst valt daarbij het grote aantal instrumenten op dat deze musicus beheerst. Al is zijn primaire instrument de klarinet – en dan allemaal tot aan de contrabasklarinet aan toe – we horen hem ook regelmatig op diverse saxofoons, het nodige koper van cornet tot tuba en op elektronica. Verder valt op dat Schindler het liefst in kleine bezettingen werkt. Vaak horen we duo’s of trio’s. Zo ook in dit eerste deel van wat een uitgebreid portret wordt en waar ik hem allereerst koppel aan een serie percussionisten.
Te beginnen met het in eigen beheer louter als download uitgebrachte Transcontinental Dialogues. We horen hem hier met de Japanse percussionist Naoto Yamagashi. We horen eerst Schindler in ‘I would sit in’, met een mooie, heldere klarinetklank, tegen een melodie aan schurend, terwijl Yamagashi de vrij gevallen ruimte opvult. Gaandeweg wordt de muziek abstracter en ontdekken we dat Yamagashi ook graag vocaal actief is. Maar dynamiek ontbreekt, het gaat de twee hier duidelijk om het creëren van een zo boeiend mogelijk klankpalet. Verderop, onder andere in ‘Over the Sea’ en ‘Thinking’ horen we hem dan op die contrabasklarinet, waar hij sonoor lage klanken aan ontlokt, mooi combinerend met de bescheiden klanken van Yamagashi. En in ‘Not Thinking’ en ‘The Land Was’ horen we hem overduidelijk op cornet. In het eerste stuk met een ietwat gemankeerde melodie, in het tweede met heerlijk ontstemd spel.
Op het op Cd verschenen ‘Ritual Sound Exposure’ horen we Schindler met Eric Zwang Eriksson, een drummer waar hij vrij regelmatig mee samenwerkt en met percussionist Erwin Rehling. In de vier titelloze stukken horen we Schindler allereerst op altsax, krachtig begeleid door Zwang Eriksson en verderop door Rehling. Een combinatie die het trio doorzet in het met ruim veertig minuten bijzonder lange tweede deel. Na enige tijd verdwijnt Rehling buiten beeld en schakelt Schindler over op de basklarinet. Dan horen we Rehling weer, nu met een breed scala aan belletjes en klokken. Het vormt een prachtige combi met die lage noten van de basklarinet. Dan valt zo rond de negentiende minuut de muziek zo goed als stil en kiest het trio voor een intieme klanknevel. En over mooie klankcombinaties gesproken, die tussen de balafoon, eveneens bespeeld door Rehling en de basklarinet is al net zo bijzonder, dat terwijl Zwang Eriksson voor hoge noten zorgt met allerlei klankschalen op zijn trommels. Dan loopt de spanning weer op, met name door de bijdrage van Zwang Eriksson. En dan die prachtig lage, omfloerste solo tegen het einde van dit stuk, gevolg door een nog mooiere frase waarin we Schindler horen praten door zijn basklarinet. Het derde stuk begint met langzaam opgebouwd slagwerk van Zwang Eriksson, met brushes en Rehling, met hoge speelse noten op een soort van xylofoon en verderop op de balafoon, waarna we Schindler horen op euphonium. Naadloos loopt het over in het laatste stuk, waarin we Schindler allereerst solo horen op die euphonium. De slagwerkers treden weer aan en Schindler schakelt voor de laatste minuten weer over op de altsax.
Op ‘ImproX #1_Sound Poems to the Risk’ horen we naast Schindler en Zwang Eriksson Ardhi Engl op een aantal zelfgebouwde instrumenten. Ook hier is het Zwang Eriksson die met abstracte bewegingen begint achter een vrij bescheiden drumstel, we horen wat ondefinieerbare klanken, vast afkomstig van Engl en dan Schindler op cornet, met behulp van een demper een set experimentele geluiden producerend. Wat Engl daar allemaal precies heeft liggen weet ik niet, maar de klanken die hij en Schindler voortbrengen zo rond de vierde minuut klinken in ieder geval wonderschoon, iets dat ook geldt voor dat wat vreemdsoortige moment rond de dertiende minuut, waarin Schindler inmiddels is overgeschakeld op de contrabasklarinet. En prachtig die verstilde klankwolk rond de zeventiende minuut waar de klank van Schindlers basklarinet langzaam uit opstijgt. Tussen de twee ‘Sound Poems’ in klinkt ‘Encore Sound Poem’, waarin het trio voor even wordt uitgebreid tot een kwartet met de komst van trompettist Nikolaus Neuser. Een speels, abstract en opvallend dynamisch intermezzo volgt, waarna het trio in die tweede Souns Poem de draad weer oppakt en zich wederom met name geïnteresseerd toont in perfect klankspel.
‘Transcontinental Dialogues’ is te beluisteren via Bandcamp en daar ook te koop:
De muziek van ‘Ritual Sound Exposure’ is ook te horen via live opnames op YouTube. Alleen is het eerste stuk van de Cd het laatste stuk van het concert: