Drummer Nasheet Waits is in de afgelopen drie decennia uitgegroeid tot één van de belangrijkste drummers van zijn generatie. Twee recente albums, beiden verschenen bij Giant Step Arts, maken prima duidelijk waar die faam op berust. En dan vooral faam als sideman, want dat hij in die dertig jaar nu pas met zijn derde album als leider, ‘New York Letter (Bitter Sweet)’ komt, zegt natuurlijk wel wat. Versterking komt er van Steve Nelson op vibrafoon, Mark Turner op tenorsax en Rashaan Carter op bas. Gelijktijdig kwam ‘You Think This America’ uit van Tarbaby, het pianotrio dat Waits vormt met pianist Orin Evans en bassist Eric Revis. Het zesde inmiddels in vijftien jaar, maar wel het eerste album dat live werd opgenomen, in New York’s Hunter College.
‘New York Love Letter (Bitter Sweet)’ is een sterk autobiografisch album, ontstaan in de tijd dat de wereld op slot zat vanwege Covid-19. Waits over het album: “During that time of reflection and isolation and being in New York for pretty much the entirety, it had me reflecting back on my childhood as well, these titles and my experiences and my thoughts filtered through my experiences here in New York”. Dat dit niet altijd alleen maar positieve ervaringen waren, komt mooi terug in het deel van de titel tussen de haken: ‘Bitter Sweet’ zegt genoeg. Waits begint met wat je twee hommages zou kunnen noemen: ‘Snake Stance’ van pianist Jason Moran en ‘Snake Hip Waltz’ van pianist Andrew Hill, die laatste met mooie solo’s van Nelson en Waits zelf. Pas dan volgt het eerste eigen stuk, ‘Moon Child’ waarin hij stil staat bij “a young boy raised in Greenwich Village gazes outside his bedroom window and wonders what life has in store.”. De sfeer wordt de eerste minuten met name bepaald door prachtig subtiel spel van Nelson, met wat accenten van Waits, waarna we Turner horen in een beeldende solo. In ‘5 The Hard Way / AW’ klinkt het bittere door, middels dit stuk kijkt Waits terug op de zogenoemde Central Park Five, vijf zwarte jongens die onterecht werden veroordeeld voor een verkrachting. Het is echter niet alleen bitter, één van de vijf, Yusef Salaam is inmiddels plaatselijk actief in de politiek. En ook dit stuk bevat weer een vrij lange, overdonderende solo van Waits, de brug vormend naar het tweede deel, ‘AW’ waarmee Waits verwijst naar zowel Andrew Williams als naar zijn zoon August en dat met name zijn uitwerking krijgt in een prachtig ingetogen solo van Turner. De twee overige stukken ‘Liberia en ‘Central Park West’ zijn beide compositie van John Coltrane. De eerste valt met name op door de flitsende solo’s van Turner, Nelson en Carter, het veel meer ingetogen tweede stuk door de bijdrages van Turner en Nelson en het subtiele spel van Waits op de achtergrond.
Over de naam Tarbaby, een personage in ‘Uncle Remus’, een collectie Afrikaans-Amerikaanse volksverhalen, stammend uit 1881, zegt Evans, die de verhalen als kind door zijn vader kreeg voorgelezen: “the name is basically things that are indigenous to this music that we play and being stuck to those traditions and then speaking with our own voice.” Waits voegt daaraan toe: “There’s always some type of reference to the physicality of it as opposed to the decision-making or intellectual part of the creativity. A lot of that has its foundations in certain aspects of our culture in this country in terms of preconceived notions about members of the society, the Black members.” We openen met het ietwat speelse en vlotte ‘Dee Dee’, een stuk van Ornette Coleman waarin we direct horen hoe hecht dit team van drie musici in de afgelopen jaren is geworden. het vrij rustige ‘Mirror of Youth’, een stuk van saxofonist David Murray valt met name op door het puntige spel van Evans en de ritmiek van Waits. Een mooie, gecombineerde ritmiek kenmerkt Evans’ ‘Red Door’, een opvallend attractief en meeslepende compositie. Verder bevat dit stuk, iets over de helft, een bijzonder fascinerende solo van deze drummer. Ook dit album bevat een stuk van Andrew Hill: ‘Reconcillation’ en in Evans’ spel horen we terug wat een bijzondere pianist hij was. Maar let hier zeker ook op Waits en Revis. Het vrij langzame ‘Kush’ is de enige compositie van Waits op dit album, dat voor de helft bestaat uit originele stukken van de drie leden en voor de helft uit covers. En het tekent Waits dat dit niet betekent dat we hem uitgebreid horen soleren. Jimmy Cox’ klassieker ‘Nobody Knows When You’re Down and Out’ vangt aan met mooi spel van Revis, al snel gevolgd door Evans en Waits. Prachtig geven ze deze blues vorm. Ook de laatste twee stukken zijn covers. Coleman komt nog een keer voorbij met ‘Comme il Faut’, waarna het trio afsluit met een stuk van die andere grote drummer: Sunny Murray, ‘Treetops’.
Beide albums zijn te beluisteren via Bandcamp en daar ook te koop: