Binnen de geïmproviseerde muziek verdient de in 2012 overleden Engelse sopraansaxofonist Lol Coxhill een ereplaats. Een hommage aan deze musicus door collega Mike Cooper is dan ook volledig op zijn plaats. We horen Cooper op elektronica in elf stukken, waarbij hij zich telkens laat vergezellen door een andere musicus op sopraansax. ‘Soprano – An Homage to Lol Coxhil’ verscheen bij Room40 louter als download. Verder hier aandacht voor ‘Playing the Room’ van saxofonist Robin Verheyen. Deze Belgische saxofonist werd in 2021 door Kunstencentrum KAAP en W.E.R.F. records uitgenodigd om een soloconcert te spelen tijdens het AMOK festival in de Walburgakerk in Brugge. Het album verscheen een jaar geleden bij dit label, maar past prima in deze recensie, aangezien Verheyen koos voor de sopraansax.
“Lol and I passed one another during the 60s and early 70s at many festivals we were both playing on, like ships passing on the ocean. I like to think that we both intuitively knew we would come together at some point in the future when the time was right to make some music” vertelt Cooper. Begin jaren ’80 was het zo ver en vormden de twee, samen met drummer en percussionist Roger Turner het trio The Recedents. Cooper: “It was time and that time lasted for 20 plus years. To me he was the shaman; the shape shifter; the joker – the one who “…exhibits a great degree of intellect or secret knowledge and uses it to play tricks or otherwise disobey normal rules and defy conventional behaviour.” – he would of course have denied this and would accuse me of talking ‘a load of bollocks’ – which he often did and which was and still is often true”.
Het album begint met ‘Mr. Butterfly’. Terwijl we Cooper hier horen met disruptieve, vrij duistere elektronica, horen we Michel Doneda met opvallend poëtische klanken. Elliott Sharp en Errico Di Fabritiis kiezen aansluitend in ‘Koko Monteti’ voor beduidend abstractere klanken. En dus ook Cooper, want als er één ding is dat opvalt aan dit album, dan is het wel de manier waarop beide klankwerelden iedere keer weer bij elkaar aansluiten. Het geheel leidt vaak tot bijzondere klankexperimenten, bijvoorbeeld in het ambient gerelateerde ‘The Cox On The Hill’, waarin Cooper prachtige klankwolken creëert terwijl saxofonist Gianni Gebbia kiest voor minimalistische klankpatronen. Cooper werkt graag met veldopnames, maar ook als hij dat niet doet, heeft zijn muziek vaak veel weg van natuuropnames. Een mooi voorbeeld van beiden vormt ‘Dings’. Naast Cooper horen we in dit spannende stuk Max Nagl op sopraansax.
Zoals gezegd horen we Verheyen, inmiddels een van de meest gezichtsbepalende Belgische saxofonisten van dit moment, op ‘Playing the Room’ solo. Optimaal gebruikmakend van de akoestiek van deze kerk, iets wat we al direct terug horen in de prachtige opener ‘Variations on Ave Maris Stella’. Met veel gevoel blaast hij hier zijn breekbare noten. ‘Meezingen’ is een bijzondere titel voor het tweede stuk, want als hier iets niet lukt is het meezingen. Het zijn veeleer abstracte, enigszins schrijnend klinkende klankuitbarstingen die Verheyen hier ten beste geeft. Meezingen, of beter mee neuriën zou beter gaan op het vrij korte, maar bijzonder swingende ‘One and Four’. En zeer overtuigend klinken de twee delen ‘Walburga’. Stukken waarin Verheyen een krachtig evenwicht weet te vinden tussen abstractie en melodisch spel, uitstekend gebruikmakend van stiltes en de akoestiek van deze kerk.
Beide albums zijn te beluisteren via Bandcamp en daar ook te koop: