Verkadefabriek, Den Bosch (November Music) – 3 en 24 november 2023
John Zorn heeft inmiddels meer dan iets met Den Bosch. In 1999 al opende hij De Toonzaal en afgelopen vrijdag en zaterdag bezocht hij November Music voor de derde keer in zes jaar. Eerder was hij er in 2017 en 2018. Natuurlijk niet alleen, maar met een gevolg aan musici die soms al decennia met hem samenwerken. Wat altijd opvalt bij zo’n marathon – en dat was met twaalf concerten in twee dagen ook nu weer het geval – is de hoge standaard die Zorn hanteert. Voor hemzelf, maar zeker ook voor de musici waar hij mee samenwerkt. Hij overlaadt ze met complimenten, maar voor het zo ver is, moeten ze wel eerst laten zien en vooral horen dat ze het waard zijn. Zorn zoekt dan ook nauwkeurig uit wie hij welk deel van zijn inmiddels ontzagwekkende en nog altijd uitdijende oeuvre laat spelen en in welke combinaties. En dan is het ongetwijfeld eindeloos oefenen en Zorn zijn commentaar aanhoren en opvolgen, zo stel ik mij voor. Maar als luisteraar weet je aansluitend niet wat je hoort en ziet, iedere keer weer denk je daarbij: ah, zo kan het dus ook! En vergelijkingen met andere concerten vallen daarbij niet altijd gunstig uit voor al die andere bands die het wat minder nauw nemen qua timing, samenspel en zuiverheid.
Het oeuvre van Zorn is niet alleen bijzonder groot, het is ook nog eens bijzonder divers. Niet alle fans vinden dan ook per definitie alles mooi, iets wat natuurlijk niet zo vreemd is bij een componist / musicus wiens oeuvre loopt van metal (Naked City en Painkiller, volgens mij inmiddels wel geschiedenis), uiterst melodieuze muziek waarin Zorns Joodse wortels te horen zijn (Masada), aan rock verwante projecten (Chaos Magick en Simulacrum), free-jazz en improvisatie (The Classic Guide to Strategy en zijn orgelconcerten) en steeds meer composities die onder hedendaags gecomponeerd vallen. In deze marathon loopt het bovendien allemaal ook nog eens dwars door elkaar. Dus laat ik het hier maar eens wat meer clusteren en beginnen met die composities, zeker ook 0mdat die naar mijn mening binnen de wereld van de hedendaagse gecomponeerde muziek nog steeds niet de aandacht krijgen die ze verdienen, iets wat zeker te maken heeft met het feit dat de professionele muziekwereld nog steeds geen raad weet met componisten / musici die zich niets aantrekken van de grenzen tussen genres, iets dat voor Zorn natuurlijk zeker geldt. Een hoogtepunt in dit genre zijn ‘The Turner Études’, ofwel ’18 Studies from the Later Sketchbooks of J.M.W. Turner (1841-1845)’ uit 2019 voor solo piano, net als op de Cd gespeeld door Stephan Gosling. Naar eigen zeggen liet Zorn zich bij het schrijven van deze études inspireren door Johann Sebastian Bachs ‘Goldberg variaties, de preludes van Claude Debussy en de etudes van György Ligeti en natuurlijk door die tekeningen van Turner die hij op prachtige wijze in muziek weet te vangen en zoals hierboven eigenlijk al gezegd: prachtig worden vertolkt door Gosling, Zorns vaste pianist voor dit type werk. In die achttien stukken horen we de eclectische wijze van componeren op grootse wijze terug. Sommige etudes zijn uiterst strak, voorzien van repetitieve ritmiek, of juist van een opvallende melodie, andere zijn veel abstracter. Sommige zijn langzaam en verstild, anderen juist weer bijzonder hectische en dramatisch. Inderdaad, bij Zorn gaat het vaak om uitersten. Iets dat we ook terugvinden in de drie piano trio’s waarin we Chris Otto en Jay Campbell, beiden van het JACK Quartet, waar Zorn eveneens intensief mee samenwerkt, horen samen met Gosling. Alle drie de trio’s, ‘The Aristos’, ‘Ghosts’ en ‘Hexentarot’ zijn vrij abstract en verraden een grote aandacht bij Zorn voor de klank. ‘Hexentarot’ wijkt daarbij nog enigszins af van de andere twee door het hectische karakter. Wat hier ook opvalt en het geldt eveneens voor het pianokwintet ‘Obscure Objects of Desire’, het strijkkwintet ‘Sigil Magick’ en het strijksextet ‘Prolegomena’, is het gebruik van alternatieve strijktechnieken en het bij de piano trio’s relatief vaak verkeren onder de klep door de pianist. Zo bespelen een violist en een altviolist in ‘Prolegomena’ hun instrument op de kop. Verder horen we in zowel ‘Sigil Magick’ en ‘Prolegomena’ een paar verrassende frases waarin de strijkers synchroon spelen, met een prachtig effect als gevolg. Zorn laat zich ook duidelijk inspireren door de geschiedenis van de westerse klassieke muziek. We zagen het hierboven al met die etudes, maar ook in ‘Prolegomena’ horen we duidelijk verwijzingen naar vroegere tijden, in dit geval de Renaissance. Dat tijdvlak speelt ook een grote rol in het door Bill Frisell, Julian Lage en Gyan Riley uitgevoerde ‘Teresa De Avila’, waar die beroemde heilige model voor stond. Een trio voor drie akoestische gitaren, waarin ritmiek en melodie op prachtige wijze samenkomen.
Er klonken natuurlijk ook andere soorten gecomponeerde muziek. Zo schrijft Zorn voor het kwartet Incerto, bestaand uit pianist Brian Marsella, gitarist Julian Lage, bassist Jorge Roeder en drummer Ches Smith, muziek die we gemakshalve onder de jazz kunnen scharen. Het is het concert waar de marathon vrijdagavond mee opent en waar voor de eerste keer dat perfecte samenspel opvalt, in een vaak stevige dynamiek wordt hier gemusiceerd op het scherpst van de snede. Die dynamiek is nog sterker aanwezig in de ‘Suite for Piano’ waarin we Marsella met Roeder en Smith horen en waarin met name Marsella en Smith loos gaan in een aantal overdonderende solo’s. Iets wat dan weer wel ten koste gaat van de fijnzinnigheid die de muziek van Incerto kenmerkt. Bijzonder is ook zeker het kwartet Heaven and Earth Magick, waarin we naast Roeder, Smith en Gosling de percussioniste Sae Hashimoto horen op vibrafoon. Dit is muziek op het snijvlak van jazz en hedendaags gecomponeerd, vandaar Gosling en blinkt vooral uit door het melodische gehalte. En met name Hashimoto betoont zich hier een ware virtuoos die haar instrument tot in de puntjes beheerst. We zouden het bijna vergeten, maar Zorn is natuurlijk ook nog altsaxofonist en tegenwoordig ook organist, iets waar het afsluitende concert in de Sint Jans kathedraal van getuigt. Als saxofonist horen we hem twee keer tijdens deze marathon. Allereerst als onderdeel van New Masada, waarmee hij sinds begin dit decennium het lijntje van zijn roemruchte kwartet doortrekt. Waarbij Zorn zelf overigens de enige constante factor is. In plaats van trompettist Dave Douglas horen we gitarist Julian Lage, terwijl Jorge Roeder en Kenny Wollesen Greg Cohen en Joey Baron vervangen. Maar de muziek is er niet minder goed door, ook hier weer die aantrekkelijke melodieën waarin Zorn het Joodse erfgoed verkent, prachtig gespeeld door deze topmusici. Zorn horen we ook solo, iets wat niet meer zo heel vaak gebeurt en eigenlijk ook niet de bedoeling was. Barbara Hannigan zou een aantal liederen van Zorn zingen, maar moest hals over kop naar Canada waar haar vader in het ziekenhuis is opgenomen. Een geluk bij een ongeluk dus, want de verrichtingen op zijn altsax vormden zonder meer één van de hoogtepunten van deze marathon.