De Munt, Brussel – 12 september 2023
Vijfentwintighonderd jaar geleden verhaalde de Griekse dramaturg Aeschylus over Cassandra die door Apollo werd begiftigd met het vermogen de toekomst te zien, maar daar ze niet zijn minnares wilde zijn, tevens gestraft werd: niemand zou haar voorspellingen geloven. En zo kwam het dat ze als dochter van koning Priamus en koningin Hecuba van Troje de val van deze stad voorspelde en dus niet werd geloofd, ook niet door haar eigen ouders. Bernard Foccroulle vangt zijn eerste opera ‘Cassandra’, die afgelopen zondag zijn wereldpremière beleefde bij De Munt, aan met het resultaat van dit niet geloven: de val van de stad. Waar normaal gesproken opera’s met dit soort catastrofes eindigen, kiest Foccroulle ervoor om er mee te starten. Een uiterst bloedige scene, nog versterkt door de cameraman die close-ups tovert op een groot scherm. Maar het gaat Foccroulle om het archetype Cassandra, om iemand die wil waarschuwen, maar niet geloofd wordt en trekt dat door naar onze tijd vol alarmerende problemen waarin eveneens de klokkenluiders niet geloofd worden. Hij stelt ons dan ook al snel voor aan Sandra, klimaatwetenschapper. En het moet gezegd: Foccroulle slaagt er, samen met librettist Matthew Jocelyn en regisseuse Marie-Eve Signeyrole, op meesterlijke wijze in om ons mee te nemen in zijn stelling.
We zijn hopeloos verloren als we niet willen luisteren naar de mensen die weten wat ons te wachten staat. Maar – en dat is iets wat we dagelijks om ons heen zien – dat is tegelijkertijd blijkbaar ontzettend moeilijk. Troje was immers een onneembare vesting, dus hoe zouden die Grieken de stad dan in kunnen nemen. En toen trokken ze zich ook nog terug. Dat houten paard, als geschenk? Ja, dat is gemakkelijk praten, achteraf. Dat daar soldaten in zaten, op dat idee kwam natuurlijk niemand. Het is het onvoorstelbare wat ons parten speelt. In de opera zit die sleutelscène die voor ons zo ongelofelijk herkenbaar is en daardoor zo ongelofelijk pijnlijk. Sandra, Jessica Niles, is met haar nieuwe vriend Blake, Paul Appleby, bij haar ouders, Alexander en Victoria, samen met haar zus Naomi om de vijfenvijftigste verjaardag van haar moeder te vieren. Sandra wil praten over de ontdekkingen die ze heeft gedaan tijdens haar promotie onderzoek en die ze heeft verfijnd met behulp van door haar zelf gebouwde modellen. Maar haar ouders hebben daar helemaal geen zin in. Haar vader weet dat inmiddels nu wel, daar heeft ze het al honderd keer over gehad. Ze willen het vooral gezellig houden. Daarbij komt dat Alexander mijnbouwingenieur is en Victoria bij een bank werkt. Alexander verwoordt het als volgt: “We just don’t see it as a problem. There are two kinds of people, Sandykins. Those who see problems and those who see opportunity.” Mooi is wat Foccroulle aansluitend doet, hij verplaatst ons naar het dodenrijk, waar we Cassandra, een prachtige rol van Katarina Bradić, tegenkomen met haar ouders, dubbelrollen van Gidon Saks en Susan Bickley. Priamus ontkent nog steeds dat Cassandra de ramp voorzag, nu nog ziet hij het als een vloek en niet als een voorspelling. Pas helemaal aan het eind van het gesprek kan hij zien wat hij nooit heeft willen zien.
‘Cassandra’ zegt Foccroulle gaat niet in eerste instantie over klimaatverandering maar over het weten en niet gehoord worden. Dat komt tot uiting in het thema van klimaatverandering, maar bijvoorbeeld ook bij genderissues en bij klokkenluiders die misstanden bij bedrijven aankaarten. Interessant daarbij is ook wat dit ‘weten’ doet met de actor. Zo hebben we de tegenstelling tussen Sandra en haar zus Naomi. Sandra noemt haar nog een kind, omdat ze zich niet laat leiden door wat ze zou moeten weten en er voor kiest om moeder te worden. Sandra zou dat ook wel willen, maar wordt gehinderd door haar kennis. Is dit wel een wereld om een kind in te krijgen? Mooi is ook de tegenstelling tussen haar en haar vriend. Waar Sandra in eerste instantie zit op de lijn dat je de tegenstander met zachte hand moet proberen mee te krijgen, onder andere door humor in te zetten, maar ook door met feiten te komen, kiest hij ervoor om de confrontatie aan te gaan en actie te voeren. Iets dat hem uiteindelijk zijn leven kost. ‘Weten’ is dus ook een last, een last die versterkt wordt door het feit dat je omgeving je niet geloofd, of er onvoldoende de ernst van inziet. Dat is gekmakend, iets dat Jessica Niles in de rol van Sandra uitstekend invoelbaar weet te maken. Het ongeloof, de irritatie en de kwaadheid, maar ook de wanhoop en de vertwijfeling, het is er allemaal. Je voelt het ook terug in de relatie met Blake, mede door het al even prachtige spel van Appleby, hoe het tussen die twee schuurt omdat ze het wel eens zijn over het probleem, maar niet over de aanpak.
Foccroulle heeft een prachtige opera afgeleverd en niet in de laatste plaats vanwege de muziek, waarmee hij al die emoties op schitterende wijze weet te verklanken. Van de bijzonder heftige, dramatische uitbarstingen aan het begin, als Troje valt, via de onmiskenbare romantiek tussen de twee geliefden waarvan je de relatie zich ziet ontwikkelen tijdens de opera tot die bewuste scènes die ik hierboven noemde van Sandra / Cassandra met haar ouders, waarin we de spanning en de schuring verklankt horen. Een absolute vondst is verder de wijze waarop de gehele zaal bij deze opera wordt betrokken. Sandra koos er altijd voor om haar boodschap over te brengen middels stand up comedy. Dat horen we haar doen vrij vooraan in de opera en nog een keer als ze haar promotie afrondt. Het overvalt je als bezoeker als je bij die eerste scene ineens applaus en gejoel hoort uit de zaal en je er ineens achterkomt dat niet alle mensen om je heen bezoekers zijn. In die tweede scene wordt dat nog sterker aangezet als één van de zangers, Joshua Hopkins, die ook de rol van Apollo voor zijn rekening neemt, vanaf het balkon zich ontpopt als klimaat ontkenner. Het voordeel van deze aanpak is dat je als bezoeker onderdeel wordt van het verhaal en er niet aan ontkomt om jezelf af te vragen hoe je eigenlijk zelf in deze discussie zit.
Bekijk hier de trailer van de opera: