Hebben we net de geboorte van Christus gehad, over een paar maanden staat zijn dood centraal. En wilt u eens iets anders draaien dan de Mattheüs Passie, dan heb ik hier een mooi alternatief.
Op dit album in de ECM New Series staat de Italiaanse Renaissance componist Carlo Gesualdo da Venosa, vaak kortweg aangeduid als Gesualdo, centraal.
Naast twee bewerkingen van stukken van hem bavat deze Cd drie hedendaagse stukken. ‘Carlo’ van de Australische componist Brett Dean en ‘L’Ombra della Croce’ en ‘Psalmody’ van de uit Estland afkomstige Erkki-Sven Tüür.
Dean grijpt in ‘Carlo’ rechtstreeks terug op Gesualdo door te beginnen met de opening van diens ‘Moro Lasso’, hier gezongen door het Tallin Chamber Choir onder leiding van Tönu Kaljuste. Langzaam brengt Dean, vooral in het instrumentale gedeelte waar het Tallin Chamber Orchestra voor tekent, meer moderne klanken het stuk binnen. Het is boeiend om te horen hoe Dean continu laveert tussen de wereld van Gesualdo en de wereld van ons. Het levert soms een vervreemdende ervaring op, vol elektrificerende momenten. ‘Moro Lasso’ is dan ook één van de werken van Gesualdo op dit album. Dit deel uit het zesde madrigalenboek is door Kaljuste bewerkt voor stijkorkest, waarbij Gesualdo’s eigenheid mooi overeind is gebleven.
Ook ‘O Crux Benedicta’ een deel uit het ‘Sacrarum Cantinonum Liber Primus’ is bewerkt voor strijkorkest, in dit geval door Tüür, die het stuk ook als basismateriaal heeft gebuikt voor L’Ombra della Croce’. Dit stuk is op verzoek van Kaljuste door Tüür gecomponeerd en is opgedragen aan Manfred Eicher, de grondlegger van ECM. Tüür zegt hier zelf over: “L’Ombra della Croce’ is dedicated to my friend Manfred Eicher – encompassing both early and contemporary music, he created the ECM New Series that has accumulated an admirable catalogue over time.”
Met donkere tonen schildert Tüür het lijdensverhaal, beeldend en met veel ingehouden kracht. Het motief van Gesualdo uit ‘O Crux Benedicta’ is herkenbaar maar Tüür klinkt dramatischer, het lijden invoelbaar makend. ‘Psalmody’ stamt aanvankelijk uit 1993 maar werd door Tüür opnieuw bewerkt in 2005 en 2011. In het stuk komen diverse muzikale werelden op wonderlijke manier samen. We horen de invloeden van de Noord Europese volksmuziek, de invloed van de Middeleeuwse traditie, maar ook de invloed van de Amerikaanse minimal music. Dit alles verweeft Tüür op ingenieuze wijze met elkaar tot een transparant, ritmisch en enerverend stuk. Wat hier, maar dat geldt voor het gehele album, een prachtige uitvoering krijgt.
Fragmenten van dit album zijn te beluisteren via de website van ECM.