Gisteren kwam hier de componiste Florence Beatrice Price al uitgebreid aan bod middels twee Cd’s met haar muziek voor piano solo en voor piano en viool. Er is echter meer. Ze is namelijk ook te horen op drie recente duet cd’s, als onderdeel van een keur aan componisten uit alle tijden. Altviolist Amaro Dubois nam met pianiste Tingting Yao ‘LUZ’ op voor Navona Records; de pianistes Zhihua Tang en Deborah Moriarty spelen werk voor twee piano’s op het bij Blue Griffin Recording verschenen ‘Connecting Cultures’ en violiste Yoki Morimyo is met pianist Damiano Afrifa te horen in het bij CD 19’40” verschenen ‘Musica Spirituale’.
Op ‘Luz’ vinden we twee vrij korte stukken van Price, ‘Elfentanz’ en ‘Deserted Garden’, dat we ook al tegenkwamen op ‘The Composers’, alleen daar in een uitvoering voor viool en piano, terwijl we hier de altviool horen. ‘Elfentanz’ springt eruit, een lichtvoetige dans. ‘Connecting Cultures’ bevat drie ‘Negro Spirituals’, al zouden wij die nu anders noemen: ‘I Couldn’t Hear Nobody Pray’, ‘Lord I Want to Be a Christian’, dat we eveneens tegenkwamen op ‘The Composers’ en ‘Ev’ry Time I Feel the Spirit’. Price componeerde de stukken voor piano solo, maar ook in deze vorm werkt het uitstekend. Tot slot klinkt op ‘Musica Spirituale’ ‘Adoration’, een stuk dat Price oorspronkelijk in 1951, dus vrijwel aan het eind van haar carrière, voor orgel schreef. Een sterk melancholiek stuk, staand in de Franse traditie van begin twintigste eeuw.
Vanzelfsprekend bevatten de drie Cd’s ook nog de nodige andere interessante stukken, bijvoorbeeld de ‘Five Negros Spirituals’ van Michael Tippett op ‘Lux’, waaronder ‘Sometimes I Feel Like a Motherless Child’ dat ook door Price werd bewerkt, zoals we gisteren zagen. Een belangrijk verschil is dat Tippett als blanke man nooit heeft ervaren wat Price als zwarte vrouw wel ervoer: racisme. En dat hoor je in beide versies toch terug, zo mooi als deze versies van Tippett ook zijn. Sterker nog, in het licht van het debat over culturele toe-eigening dat sinds enige jaren gevoerd wordt, kun je je afvragen of Tippett dit wel had moeten doen. Datzelfde geldt voor Heitor Villa-Lobos en zijn ‘O Canto do Cisne Negro’. Dan blijft José Elizondo met zijn ‘Danzas Latinoamericanas’ gelukkig dichter bij zijn eigen belevingswereld. Overigens prachtig gespeeld door Dubois en Yao, maar dat geldt voor alles op dit album.
Het meest interessante stuk op ‘Connecting Cultures’ is ‘Summer Dreams’, opus 47 van een andere componiste waar we de laatste jaren gelukkig steeds vaker werk van horen: Amy Marcy Cheney Beach. Het uit zes delen bestaande werk vangt aan met het up tempo melodieuze ‘The Brownies’. Prachtig klinkt ook ‘Robin Redbreast’, dat qua ritmiek gelijkt op een vrij snelle wals, terwijl ‘Twilight’ het ritme heeft van een langzame wals. En zo kent ieder deel, waarbij de meeste delen net iets langer dan een minuut duren, een eigen zomerse sfeer. Verder bevat het album nog, naast stukken van Dvorák en Mozart, twee stukken van voor mij onbekende componisten. ‘Colorful Clouds Chasing the Moon’ van de in 2016 overleden Chinese componist Wang Jianzhong en ‘Mountain Harvest’ van de eveneens Chinese, in 1978 geboren Gong Huahua. ‘Colourful Clouds Chasing the Moon’ is een Chinese volksmelodie van begin negentiende eeuw, waar Wang middels piano recht aan probeert te doen, mooi daarbij is de wijze waarop hij de klank van de pipa en de dulcimer met succes in de pianoklank weet te vangen. ‘Mountain Harvest’ klinkt veel meer eigentijds, al horen we ook hier de invloed van de Chinese volksmuziek mooi terug.
Voor de liefhebber van hedendaags gecomponeerde muziek is ‘Musica Spirituale’ het meest interessant. Naast het stuk van Price vinden we hier ‘L’Egitto prima delle sabbie’ van de in 2021 overleden Italiaanse componist Franco Battiato, ‘L’âme ailée’ van de eveneens Italiaanse Giacinto Scelsi en het inmiddels vrij bekende ‘Spiegel im Spiegel’ van Arvo Pärt. Nadeel van dit album is wel dat het maar ruim een half uur duurt. Daar staat echter veel tegenover. ‘L’Egitto prima delle sabbie’, een stuk voor solo piano begint spannend met notenclusters, gespeeld op de piano, gescheiden door stiltes, iets wat de muziek een bijzondere spanning verleent. Gaandeweg worden de pauzes korter, de pianoklanken intenser, maar verder verandert er weinig aan de structuur. Bijzonder is ook de wijze waarop Battiato hier gebruik maakt van galm. Scelsi was altijd op zoek naar klank, iets dat we ook weer terug horen in ‘L’âme ailée’ voor solo viool. Prachtig hoe Morimyo hier de ruimte tussen de noten aftast en een fijnzinnig klankweb weeft. En dan is er natuurlijk ‘Spiegel im Spiegel’ met dat prachtige trage patroon op de piano en die glasheldere en oh zo melancholieke vioolmelodie, hoe bekend ook, het blijft een prachtig stuk.
‘Musica Spirituale’ is te beluisteren via Bandcamp en daar ook te koop: