Diverse Locaties (November Music), ‘s-Hertogenbosch – 12 november 2022
Afgelopen weekend stond November Music voor mij geheel in het teken van hedendaags gecomponeerde muziek. Vandaag daarom aandacht voor drie bijzonder uiteenlopende concerten op zaterdag, terwijl ik morgen stilsta bij de muziek van Jürgen Frey, waar een uitgebreid programma op zondag aan gewijd was. Op zaterdag hoorde ik Ensemble Adapter met stukken van Bianca Bongers, Ellen Jacobs, Bart de Vrees en Sarah Nemtsov; pianist Zubin Kanga met ‘Answer Machine Tape, 1987’ van Philip Venables en Quatuor Bozzini met nieuwe stukken van Merijn Bisschops en Marc Sabat, het laatste in samenwerking met gitarist Seth Josel.
Het Duits-IJslandse Ensemble Adapter is allereerst bijzonder vanwege de samenstelling van fluit, klarinet, harp en slagwerk, wat betekent dat alles wat ze spelen speciaal voor hen gecomponeerd is, zo ook de vier stukken die ze in dit concert ten gehore brachten. Zoals eerder aan bod kwam wordt Bianca Bongers bij haar componeren altijd geleid door fysieke vormen. Voor ‘A Jewel to the Harp’ liet ze zich daarbij inspireren door de vorm van de harp: een driehoek. Eén stap verder en we komen bij de tretraëder, de driehoekige pyramide. Bongers had er een aantal bij zich van plexyglas. De vier musici beginnen het stuk met die pyramides tegen de harp te houden, als een klein stukje performance. Onwillekeurig denk je dan toch: “ah zo klinkt een driehoek dus!” Maar mooi hoe Bongers de harp centraal stelt in dit stuk en hoe ze gebruik maakt van het brede pallet aan klanken van dit instrument, met een duidelijke voorliefde voor de allerhoogste noten. Meer Bongers binnenkort, want gisteren vond de officiële presentatie plaats van het bij Mountain Records verschenen ‘Surrounded by Air’, het eerste album volledig gewijd aan haar muziek.
Jacobs wijkt uit naar aluminium folie als belangrijk hulpstuk in ‘Deadfold’. Niet alleen de slagwerker blijkt er mee uit de voeten te kunnen, ook de beide blazers gebruiken het om hun geluid te manipuleren, iets dat ook geldt voor de harpiste, met een metalige klank tot gevolg. Het stuk van De Vrees was in 2015 een opdracht van het festival en wordt hier weer eens hernomen. Gevoel voor humor kan de componist niet ontzegd worden. Het stuk is dan wel ‘Zonder Titel’, in het stuk zitten bijzondere tussentitels, die iedere keer als onderbreking worden uitgesproken. Achttien in totaal, waaronder nogal wat ‘Intermezzo’s’, waarin niets gebeurt. Leuke zijn ook ‘Nachtelijke dwaling of de kracht van het wensdenken’, ‘korte geschiedenis van het opgedrongen sentiment’ en ‘proloog van de ontdekking van het gevonden voorwerp’. Daartussen klink een grote diversiteit aan muziek, vaak doorweven met samples. Van Nemtsov, die deze zomer hier nog uitgebreid aan bod kwam, klikt ‘Drummed Variation’ waarin we de slagwerker van dienst te keer horen gaan op een aangepast drumstel, bestaande uit een kartonnen doos als basdrum en omgekeerde emmers en een houten stoel als trommels. Verdere verrijking is er in de vorm van door de harpiste bediende elektronica.
Kanga maakte drie jaar geleden ook op mij indruk met zijn optreden tijdens dit festival en dus was ik benieuwd naar dit programma. Aanvankelijk komt ‘Answer Machine Tape, 1987’ van Venables wat traag op gang, maar gaandeweg blijkt het boeiender dan aanvankelijk gedacht. De hoofdpersoon is David (Wojnarowicz), een beeldend kunstenaar woonachtig in New York. We horen allerlei verschillende mensen meestal vrij triviale boodschappen inspreken op zijn antwoordapparaat. De boodschappen verschijnen ook op een scherm. Tussendoor speelt Kanga piano, waarbij via elektronica de noten gespeeld met de rechterhand in de vorm van letters en tekens ook op het scherm verschijnen, vaak stukken van de boodschappen herhalend. Verderop blijkt ene Peter in het ziekenhuis te liggen, zijn vriend Peter Hujar die in 1987 overleed aan AIDS. iets dat de boodschappen van karakter doet veranderen. De ommekeer komt middels een bijzonder heftige pianopassage, waarbij je voelt: “Peter is overleden”. En ja, de eerste boodschappen van medeleven aan David klinken. Al met al een indrukwekkend geheel.
Iets dat zeker ook geldt voor de twee stukken die het onvolprezen Quatuor Bozzini, dat hier onlangs nog aan bod kwam met kwartetten van Tom Johnson en Michael Oesterle, speelde van Sabat en Bisschops. De eerste kiest in ‘Inner Voice’, geheel conform de stijl van deze componist, voor vrij massieve, drone-achtige klanksculpturen, waarbij gaandeweg de gelaagdheid toeneemt. Verderop lopen de klanken van gitaar en strijkers wat verder uit elkaar, in het tweede deel pakt de gitaar de meer begeleidende rol en horen we de strijkers wat meer melodieuze patronen spelen, terwijl in het derde deel de rollen worden omgedraaid. De vorm van het strijkkwartet past perfect bij de stijl van componeren van Bisschops, ‘Witness’ mag dan zijn eerste zijn voor deze bezetting, het zal zeker niet zijn laatste zijn. Leidend in het eerste deel is een repetitief patroon van de eerste viool, waar de andere strijkers omheen cirkelen. Gaandeweg verandert de muziek van karakter, maar wel heel geleidelijk, een beetje zoals het landschap verandert als je naar buiten kijkt vanuit een rijdende trein. Mooi is ook het ritmische patroon in het hoge spectrum, klinkend als een zwerm insecten. Het middendeel heeft iets duisters en ontregelend, waarin de cello een grote rol speelt. In het derde deel keren die repetitieve patronen weer terug en sluit de cirkel zich.