Opera Ballet Vlaanderen, Antwerpen – 11 mei 2022
Waarom geschiedenis? Er zijn meerdere antwoorden mogelijk op deze vraag, maar één daarvan luidt: “als spiegel voor vandaag”. Aldus de Vlaamse schrijver Stefan Hertmans, geuit in een interview met Ilse Degryse en Koen Bollen in het magazine van Opera Ballet Vlaanderen. Daar beleefde gisterenavond ‘De Bekeerlinge’ zijn wereldpremière. Het grootste project van Wim Henderickx tot nu toe, gebaseerd op het gelijknamige boek van Hertmans, met een libretto van Krystian Lada en in een regie van Hans Op de Beeck. We horen het Symfonisch Orkest en het koor van Opera Ballet Vlaanderen, onder leiding van Koen Kessels, Jorrit Tamminga op elektronica en een keur van solisten, waaronder Lore Binon als Vigdis Adelaïs / Sarah Hamoutal.
Het is 1070 als Vigdis Adelaïs wordt geboren in een adellijke familie in het Franse Rouen. Katholiek, vanzelfsprekend. Meer smaken christendom bestonden er in die dagen nog niet. De enige andere godsdienst was het jodendom en daar hield je je als christen verre van. Zo niet Vigdis, zij wordt zeventien jaar later verliefd op David Todros die aan de plaatselijke joodse hoge school studeert. De liefde is even onmogelijk als hartstochtelijk en wat niemand doet, doet Vigdis, ze verlaat huis en haard en neemt met deze jongen de benen. Dwars door Frankrijk naar Narbonne, waar hij vandaan komt. Maar zelfs tot daar komen de ridders die haar vader op pad stuurt om zijn dochter terug te halen. Ze slaan wederom op de vlucht, nu naar Moniou, een dorp in de Provence. Het dorp waar Hertmans een buitenhuis heeft wat hem op het spoor bracht van dit bijzondere verhaal. Aanvankelijk zijn ze daar veilig en gelukkige jaren volgen. Vigdis bekeert zich tot het jodendom, wordt Sarah Hamoutal en voelt zich door de plaatselijke gemeenschap volledig opgenomen. En ook daar blijven christenen en joden vreemden voor elkaar, maar er heerst in ieder geval rust.
Tot paus Urbanus II het in 1095 nodig vindt om zijn volgelingen op te roepen tot de eerste kruistocht. Raymond van Toulouse is één van de ridders die er gehoor aan geeft, een enorm leger op de been brengt dat gedurende de tocht naar Constantinopel steeds groter wordt en een spoor van vernieling achter laat waar het doorheen trekt. En bij gebrek aan moslims, ze gaan Jeruzalem bevrijden van deze ‘heidenen’, moeten de joden het ontgelden, die hebben immers Christus gekruisigd. Dwars door de vallei waar Moniou ligt trekkend, kost het dan ook de joden aldaar hun leven. Sarah beroept zich op haar vorige leven waardoor ze overleeft, samen met haar pasgeboren kind. Haar man wordt echter gedood en haar twee andere kinderen ontvoerd. Dan neemt ze een tweede onmogelijke beslissing, het leger achterna reizen om haar kinderen te gaan zoeken. Na veel omzwervingen belandt ze in Egypte waar ze nadat haar jongste kind is overleden en ze zelf daar niet meer ver vandaan zit, besluit om het op te geven en te hertrouwen. Na enige jaren hoort ze echter bij toeval dat haar twee kinderen nog leven en bij haar ouders in Rouen verblijven. Ze verbreekt haar relatie en gaat wederom op weg, maar komt uiteindelijk niet verder dan Moniou waar ze, inmiddels psychisch volledig de weg kwijt, in eenzaamheid tussen de ruïnes van de afgebrande synagoge sterft.
Welnu, maak daar nu maar eens een opera van. Henderickx durfde het aan. Het verhaal sprak hem direct aan, wat op zich niet verwonderlijk is. Deze componist trekt zich in zijn muziek al sinds jaar en dag niets aan van grenzen tussen west en oost en is ook voor spiritualiteit meer dan ontvankelijk. Dat ‘De Bekeerlinge’ dan ook een muzikale smeltkroes genoemd mag worden, zal u niet verbazen. En Lore Binon die Vigdis / Sarah neerzet doet dat op prachtige wijze, krachtig en breekbaar tegelijk. En wat een ellende maakt deze vrouw mee, bijna te veel om in ruim tweeënhalf uur te brengen! Henderickx kan niet anders dan het met veel dramatiek verklanken. Een dramatiek die je als luisteraar soms wel wat veel wordt. Vrolijke momenten zijn er immers nagenoeg niet, de enige uitzondering is die prachtige scène waarin de twee geliefden elkaar voor het eerst lichamelijk ontmoeten, voor de rest is het kommer kwel. Maar sentimenteel wordt het nergens en dat is al een hele prestatie. En regisseur Hans Op de Beeck verricht hier een huzarenstuk. Hij maakte de decorstukken, prachtige sfeervolle schilderijen, ontwierp alle kostuums en regisseerde dit spektakel op schitterende wijze, ons er constant aan herinnerend dat deze opera natuurlijk helemaal niet gaat over de elfde eeuw. Dit gaat over ons, nu, hier. Hertmans heeft gelijk: geschiedenis houdt ons een spiegel voor. Het is aan u en mij om er in te kijken.
Bekijk deze korte video over de totstandkoming van de opera: