De Schotse componist Sir James MacMillan behoort inmiddels tot de meest gespeelde hedendaagse componisten en zijn oeuvre dijt nog steeds uit. Een veelzijdig componist, al blijft hij toch altijd nog het meest vermaard vanwege zijn religieuze werk, waarvan Capella Nova, onder leiding van Alan Taverner onlangs weer een deel op Cd vastlegde onder de titel ‘Consecration’. Het album verscheen bij Linn, onderdeel van Outhere Music. Daarnaast besteed ik hier aandacht aan de eerder bij Hyperion verschenen opnames van de vierde symmfonie en zijn altvioolconcert. We horen de BBC Philharmonic, onder leiding van Martyn Brabbins, met Lawrence Power op altviool.
De muziek op ‘Consecration’ bevat ruim twee decennia aan muziek. MacMillan begon aan ‘St. Anne’s Mass’ in 1997, terwijl ‘Lux Aeterna’ en ‘Wedding Song’ beiden uit 2019 stammen. Dit nieuwe album van Linn biedt zo ook een mooi inkijkje in de ontwikkeling die deze componist doormaakte. En ondanks dat dit vrij korte ‘St. Anne’s Mass’ veel gezongen wordt, het is in Engeland en Schotland bijzonder populair, bestond er nog geen opname van. MacMillan blijft hier dicht bij de traditie en kiest voor een sobere aanpak, met Peter Collins in een bescheiden rol op orgel. Het motet ‘Beatus Andreas’ stamt van tien jaar later. Ook dit is een bijzonder sober werk, de bijdrage van het orgel is hier nauwelijks waarneembaar. Het meest omvangrijke werk op dit album is ‘The Culham Motets’ uit 2015, als resultaat van een opdracht door de Zwitserse familie Schwarzenbach. Een zeer beeldend werk, met een prachtige afwisseling van de diverse stemmen, met als hoogtepunt het derde deel ‘Sea the place where God lives’, met een solorol van sopraan Rebecca Taverner. MacMillan heeft hier duidelijk zijn eigen stem gevonden, trouw aan de traditie en tegelijkertijd met een eigentijds karakter. En de grootsheid van dit koor viel reeds op, maar wordt hier helemaal manifest. ‘Behold, you are so beautiful, my love’, ‘Until the day breathes’ en ‘Kenga e Kruhsqve’, het laatste gecomponeerd voor orgel, schreef MacMillan voor het huwelijk van zijn zoon Aiden in 2018 en ‘Wedding Song’ voor dat van zijn dochter Claire, een jaar later. Vanzelfsprekend komt hier een geheel ander aspect van MacMillans muziek aan bod, zo klinkt ‘Wedding Song’ heerlijk opgewekt en dynamisch, iets dat ook geldt voor het bijzonder ritmische ‘Kenga e Kruhsqve. terwijl ”Until the day breathes’ zeer ingetogen klinkt.
Mac Milan schreef het altvioolconcert in 2013 en het was Lawrence Power, die we ook op dit album horen, die het een jaar later in première bracht, hetzelfde jaar waarin MacMillan aan zijn vierde symfonie begon die hij een jaar later voltooide. Het werk ging hetzelfde jaar in première tijdens één van de Proms concerten. Opvallend bij deze symfonie is dat de componist ervoor koos om alles in één deel te vatten. Het vangt allemaal vrij spannend aan, bijna filmisch. En verderop in deze symfonie valt vooral de dynamiek op. Het slagwerk is prominent aanwezig – bijvoorbeeld op dwingende wijze op ongeveer driekwart van het stuk – en deze vierde symfonie bevat dan ook een aantal zeer aantrekkelijke ritmische passages. Op andere momenten klinkt het allemaal opvallend ingetogen en horen we de invloed van de religieuze muziek terug, bijvoorbeeld door de rol die klokken spelen.
In het altvioolconcert, dat uit drie delen bestaat, horen we de altviool direct prominent. Nagenoeg solo, met het orkest bijzonder ingetogen op de achtergrond. Gaandeweg gaat het orkest een grotere rol spelen, maar het blijft in dienst van de altviool. En ook hier valt het ritmische aspect op. En ook nu gaat het er, bijvoorbeeld bij de opening van het tweede deel, soms bijzonder heftig aan toe, waarbij dit overigens een vrij rustig deel is. Veel feller klinkt het derde deel, dat als enige een aanduiding kreeg: ‘Allegro’. Fel staccato spel van de altviool en een ritmisch spelend orkest.