De Belgische gitarist Pierre Gerard opereert in de luwte. Weliswaar heeft hij inmiddels een vrij uitgebreide discografie bij elkaar gesprokkeld, maar daar zitten veel uitgaves in eigen beheer bij en op kleine labels. Ik kwam hem twee jaar geleden op het spoor, toen verscheen bij Edition Wandelweiser ‘Soleil Clandestin’ dat hij maakte met Bruno Duplant. Onlangs verschenen er twee nieuwe albums vrijwel tegelijkertijd op mijn pad. Bij Dirk Serries’ A New Wave of Jazz verscheen ‘Pieces of Apparatus’ en bij Edition Wandelweiser zag ‘Imprévu Visible Inversé’ het licht. Een goede reden om weer eens aandacht te besteden aan deze veelzijdige musicus en zijn werk meer bekendheid te geven.
Ik noem Gerard nu wel gitarist maar eigenlijk is dat niet geheel terecht. Hij is veeleer een klankkunstenaar die daar soms een gitaar bij gebruikt, maar regelmatig ook andere instrumenten inzet. Het gaat met andere woorden veel meer om de klank en wat die teweeg brengt dan om het instrument. In de vijf stukken waar ‘Pieces of Apparatus’ uit bestaat valt dan ook niets te ontdekken als het gaat om klassieke structuren. Er is geen harmonie, geen melodie, geen ritme, louter een constellatie aan losse aanslagen, omgeven door stiltes, of zoals Gerard zijn werkwijze zelf omschrijft op zijn website: “over time i could describe this research more intuitive than minimalist”. Ik zie het hem zo doen, licht voorovergebogen, zoekend naar de juiste klanken op zijn akoestische gitaar en voor Gerard zal er ongetwijfeld samenhang in zitten, maar ik kan het niet ontdekken. Een bijzonder abstracte klankwereld dus en het valt te prijzen dat Serries het aandurft om dit kunststuk op Cd uit te brengen. Het past prima bij de nieuw ingeslagen weg, maar een verkoopsucces zal dit niet worden. En toch valt hier voor de geoefende luisteraar die graag het experiment aangaat genoeg te genieten. Met louter een akoestische gitaar weet hij hier zeker te boeien. En net als bij abstracte poëzie, daar heeft zijn werk wel iets van weg, werkt ook Gerard met geïsoleerde klanken omgeven door stiltes, aan galm lijkt de man een hekel te hebben, nog voor hier sprake van kan zijn stopt hij de klank al af.
In het uit dertien delen bestaande ‘Imprévu Visible Inversé’ hanteert Gerard een uitgebreider instrumentarium, we horen hier ook een viool, elektronica, veldopnames en zijn eigen stem. Verder voegt Susanne Gerard, zijn vrouw? zich bij hem met een “sound knife in the sand’, geen idee wat ik me hierbij voor moet stellen. Die grotere diversiteit aan instrumenten levert vanzelfsprekend een heel ander klankbeeld, zeker de toevoeging van veldopnames en vocalen zijn daarbij beslist de moeite waard. Het leidt tot dertien miniaturen, met ieder een eigen klankwereld, van elkaar gescheiden door lange stiltes. Toch is het verdere procedé niet wezenlijk anders. Ook hier spelen intuïtie en toeval een allesbepalende rol.
‘Pieces of Apparatus’ is te beluisteren via Bandcamp en daar te koop. ‘Imprévu Visible Inversé’ is te bestellen bij Edition Wandelweiser.