Diverse locaties, Den Bosch (November Music) – 6 november 2021
Festivals als November Music bieden de mogelijkheid om in één of meerdere dagen een grote variatie aan muzikale uitingen te ondergaan, als bezoeker zoek je je eigen weg, al moeten daarbij soms lastige keuzes gemaakt worden, je kunt tenslotte niet overal bij zijn. Het programma van vandaag, met het Doelen Ensemble en een voortreffelijke uitvoering van ‘Femenine’ van Julius Eastman. gevolgd door ‘The Freedom Songs’ van Jacob TV, een concert van het Keulse Ensemble Musikfabrik met stukken van Richard Rijnvos en Enno Poppe, die het ensemble ook dirigeert en tot slot ‘The Secular Psalms’ van Dave Douglas, waar ik een volgende recensie uitgebreider op terugkom, illustreert die veelzijdigheid op mooie wijze.
Maarten van Veen, pianist en artistiek leider van het Doelen Ensemble stelt terecht dat de muziek van Eastman nog altijd veel te weinig wordt gewaardeerd en gespeeld. Dat was tijdens zijn leven niet anders. In Europa had hij nog enige faam maar in zijn thuisbasis, het New York van de jaren ’70 en ’80 telde hij niet mee. Afro-Amerikaan en dan ook nog homoseksueel dat was zelfs de meest vooruitstrevende muziekliefhebber te gortig. Eastman kon er niet mee leven, raakte alles kwijt en belandde letterlijk in de goot. Het is dat componiste Mary Jane Leach na zijn dood er zo enorm veel energie in stopte om zijn werk letterlijk op te sporen en bijeen te verzamelen, anders was het wellicht voor altijd verloren gegaan. Een stuk als ‘Femenine’ bewijst weer eens hoe ongelofelijk zonde dat was geweest, want hier is zonder meer een componist aan het werk die bijzonder goed wist wat hij deed. Het stuk begint met zachte belletjes, noten die centraal blijven staan in het verdere verloop van het stuk. Maar wat je met die beperkte noten dan verder allemaal niet kunt doen! Het is als een rivier die door het landschap stroomt, met diezelfde stuwende kracht, soms is die rivier smal, snelstromend, op andere momenten breed, kalm verglijdend door het landschap. Het blijft echter dezelfde rivier.
‘The Freedom Songs’ is geheel andere kost. JacobTV, het alias van Jacob ten Veldhuis, schreef een liederencyclus waarin, kenmerkend voor zijn oeuvre, meerdere muzikale stijlen op onlosmakelijk wijze met elkaar verbonden worden: hedendaags gecomponeerd, jazz, folk, rock, dance, het is er allemaal. The Freedom Quartet, bestaand uit trompettist Stephen Burns, die het in 1998 oprichtte, gitarist Steve Roberts, percussioniste Cynthia Yeh en stemkunstenares Sophie Dunér weten hier echter prima raad mee. Een mooie cyclus die in kracht en kwaliteit wint naarmate hij vordert. Hoogtepunten zijn het instrumentale en stevig ritmische ‘In Limbo. No. 1’ en de stukken ‘Four Freedoms’ en ‘Believer’. De basis van de delen bestaat uit gedichten, teksten en toespraken over dat begrip vrijheid, iets dat het mooist tot uiting komt in ‘Four Freedoms’ waarin we Franklin D’ Roosevelt horen met een in 1941 gehouden toespraak en ‘Believer’ waarin we Georg W. Bush in gesprek horen met Bill O’Reilly. Middels stemververvorming en andere elektronische snufjes laat Jacob TV hier het surrealisme zegevieren. Het klinkt allemaal prachtig, hoor je hem denken, maar wat komt er in de praktijk nu eigenlijk allemaal van terecht. Lees die teksten van Roosevelt, tachtig jaar geleden uitgesproken, volgens mij zijn we nog niet veel verder.
‘Riflesso sull’inconto’ is het resultaat van een compositie opdracht die Richard Rijnvos al weer zo’n anderhalf jaar geleden kreeg van het festival. Het zou vorig jaar in première worden gebracht door Ensemble Musikfabrik, maar helaas ging het festival toen op de valreep niet door. Het is een deel geworden in de doorlopende serie ‘Reflessi’, waarin Rijnvos reflecteert op stukken van andere componisten, in dit geval ”Octandre’ van Edgar Varèse. Langzaam komt het stuk op gang, in het begin slechts bestaand uit bijzonder zorgvuldig gespeelde fragmenten, omgeven door stiltes. Gaandeweg wordt de structuur echter steeds duidelijker, gaat het ritme een rol spelen en krijgt het geheel een overduidelijk stuwend karakter. Tot we aan het einde weer terugkeren naar de rust van het begin. Het veel langere ‘Prozession’ van Enno Poppe is een geheel ander werk. Allereerst valt ook hier weer de voorliefde op voor bijzondere klanken, vaak vervormd, het overdadig gebruik van glissandi en de aandacht voor de ruimte tussen de noten. Daarmee creëert Poppe een bijzonder klanklandschap, dat bij elkaar gehouden wordt door vier percussionisten, waarvan twee drummers. Kenmerkend is ook het grote dynamische contrast tussen de diverse onderdelen. Bijzonder subtiele, fragiele passages worden afgewisseld met zeer dynamische, heftige vloedgolven aan klank, juist op die momenten onderscheiden we de invloeden van zowel Igor Stravinsky als Frank Zappa, componisten waar Poppe duidelijk door beïnvloed is.