Onder de titel ‘Connected’ verzamelde het KL-EX-Ensemble voor Et’cetera Records een vijftal stukken van de Belgische componist Paul Pankert. In alle vijf de gevallen betreft het stukken voor de combinatie akoestisch – elektronisch. Pankert, die viool studeerde in Luik, Maastricht en Düsseldorf, heeft een achtergrond als vertolker van Barokmuziek, onder andere als leider van Ensemble ’88. Die voorliefde zien we terug in zijn stukken en niet alleen in titels als ‘Toccata’ en ‘Pavane’.
Zo gebruikt hij voor ‘Toccata’ voor klavecimbel en live elektronica twee stukken van Girolamo Frescobaldi als basis. De Barok is in dit stuk dus altijd dichtbij, maar Pankert bewerkt de noten dusdanig dat het tegelijkertijd zeer modern aandoet, mooi is vooral hoe hij de klanken van de klavecimbel en die van de elektronica met elkaar vermengt. En hoe verder het stuk vordert hoe meer Pankert met Frescobaldi’s klanken aan de haal gaat. Ook voor ‘Pavane’, voor blokfluit en live elektronica haalde Pankert de inspiratie bij een Barokcomponist, nu betreft het ‘Der Fluyten Lust-hof’ van de uit Utrecht afkomstige Jacob van Eyck. Bijzonder is dat het stuk bij mij ook associaties oproept met de muziek uit Verre Oosten, mede dankzij de boeiende klankwereld die Pankert ook hier middels het geluid van de blokfluit en de elektronica creëert.
In ‘Quasi Rondo’ voor viool en live elektronica horen we Pankert zelf. In tegenstelling tot de twee vorige stukken baseerde Pankert zich voor dit stuk niet op bestaand materiaal, al werkt hij wel in de geest van. Ook hier is de Barok nooit ver weg, maar wederom geeft deze componist aan dit idioom een wel heel bijzondere draai. Naar eigen zeggen is hij hier op zoek naar innerlijke vrede en minder haast en de muziek straalt dit, met zijn langzame bewegingen, zonder meer uit. Als solist voor ‘Connected II’ vroeg Pankert de altsaxofonist Philipp Gerschlauer. Dat deze saxofonist vooral actief is binnen de Berlijnse jazzscene hoor je aan dit boeiende en zeer ritmische stuk, op het snijvlak van jazz en Barokmuziek, goed af.
Het album sluit af met de concertversie van wat in oorsprong een interactief stuk voor een danser en de bezetting van fluit, basgitaar, percussie en live elektronica was: ‘Remote 2.0’. In dit stuk is de danser leidend. Sensoren volgen diens bewegingen en zetten de elektronica in gang. In deze concertversie zitten de sensoren vast aan de dirigent, met natuurlijk eenzelfde effect. Inspiratie deed Pankert voor dit stuk op bij ‘The Power’, een roman van Naomi Alderman. Het stuk begint met een fluitsolo die steeds verder wordt gemanipuleerd, dan komt de basgitaar erbij, waarmee Pankert overheersende macht verklankt. Centraal staat een passacaglia, dat bij Pankert overigens meer wegheeft van een stuk jazzrock, gevolgd door het koraal ‘Aus tiefer Not schrei Ich zu Dir’ van Johann Sebastian Bach. We horen hier de fluit, aangevuld met het geluid van een strijkstok dat langs een glas wordt gestreken. De roman eindigt met een verwoeste samenleving, een gegeven dat bij Pankert resulteert in sombere klanken die langzaam uitdoven.
Bekijk hier live opnames van ‘Toccata’ en ‘Pavane’: