Nog voor de mens ging praten, zo luidt een theorie, zong hij reeds. Het maakt de menselijke stem verreweg het oudste instrument. Allereerst in dde vorm van volksmuziek, die mondeling werd overgeleverd. Wat we nu klassieke muziek noemen, ontstond pas later, veel later. Redenen dus te over om deze serie rondom de menselijke stem in de muziek, waarin we zowel zullen stilstaan bij gecomponeerde muziek als bij jazz en experimenteel, te beginnen met volksmuziek, in koor gezongen, want ook dat is een oude traditie. Hier die van Noorwegen, gebracht door Trondheim Voices. Heel toepasselijk heet hun bij Hubro verschenen album ‘Folklore (Traditional Customs, Tales, Saytings, Dances, or Art Forms Preserved Among a People)’
En dan horen we ook louter stemmen, tien vrouwenstemmen in dit geval en soms wat percussie. En het is bijzondere muziek die Noorse volksmuziek, met een bedwelmende ritmiek, direct al in opener ‘Chant for the Multipresence’. Mooi hoe een paar stemmen hier de leiding nemen met lyrische lijnen, terwijl de rest zorgt voor het ritme en de ondersteuning.
Dit nummer blijkt echter al snel een uitzondering en dat komt voor een groot deel door de invloed van Ståle Storløkken en Helge Sten, in hun rollen als componist en geluidstechnicus. Ergens in het persbericht staat dat zij dit koor als een instrument inzetten en dat dekt de lading van wat hier gebeurt bijzonder goed. Wat hier in wezen gebeurt is dat er terug wordt gegaan naar de absolute essentie van zang. Regelmatig, en het tweede nummer, ‘Ascend’ is daar een boeiend voorbeeld van, gaat het vooral om klank en toonhoogte. Dat er nergens teksten staan, is dus niet vreemd. Daar gaat het hier ook helemaal niet om.
Deze aanpak zorgt ervoor dat dit album, door die grote mate van eenvoud en harmonie, een bijna gewijde, soms zelf mystieke sfeer uitstraalt, goed merkbaar in het diepzinnige ‘Facing the Outerworld’. Zeker in het tweede deel roept het koor middels een diepgravende litanie een bijna spookachtige klankwereld op. Bijzonder is ook zeker ‘Choral’ waarin het ritme weer een grote rol speelt en dus ook die afwisseling die we bij ‘Chant for the Multipresence’ noemde, al klinkt die hier nog scherper. En als het over ritmisch gaat moeten ook ‘Illumination I en II’ worden genoemd, ‘I’ vanwege het subtiele gebruik van belletjes, wat zich prachtig mengt met de zang en ‘II’ vanwege de sterk ritmische, oriëntaals aandoende structuur.
Het album is te beluisteren via Bandcamp en daar ook te koop: