De saxofonist Dave Rempis kwam hier al vaker aan bod en altijd roemden we zijn onvermoeibare, energieke stijl van spelen. Nu maar weer eens, want de man is al even onvermoeibaar in het uitbrengen van nieuw werk. Tegelijkertijd vormt dit eerste deel van het Rempis portret, het laatste deel van onze reeks rondom de cello. Want ook Tomeka Reid, waar we eerder deze week reeds aandacht aan besteedden, stond op 16 december 2018 op het podium van Hungry Brain, één van de vermaarde jazzclubs in Chicago, samen met tompettist en saxofonist Joe McPhee, bassist Brandon Lopez en drummer Paal Nilssen-Love, waarvan de opnames verschenen onder de titel ‘Of Things Beyond Thule’. Maar Reid is niet de enige cellist waar Rempis regelmatig mee samenwerkt, met Fred Lonberg-Holm en Nilssen-Love vormt hij immers Ballister en ook van dit trio verscheen nieuw werk bij zijn eigen Aerophonic: ‘Znacki Stilayg’.
‘Of Things Beyond Thule’ bestaat uit twee delen. Het eerste verscheen als LP, het tweede als Cd. Om met die LP te beginnen: de twee kanten kregen beiden de titel ‘Qanaaq’ mee. Opvallend harmonieuze stukken, waarin de klanken ekaar op heel natuurlijke wijze aanvullen. Hier geen abrupte wendingen of gierende solo’s. De musici zijn er hier duidelijk op uit om samen een totaalgeluid neer te zetten, iets dat overigens gepaard gaat met oplopende spanning gaandeweg het stuk en uiteindelijk culmineert in een zeer fascinerende ritmische passage tegen het einde van het eerste deel. Als de rust wederkeert zitten we in het tweede deel en horen we McPhee lucht persen door zijn zaktrompet, met die voor hem zo kenmerkende gruizige klank. maar ook dit stuk is verder weer een toonbeeld van harmonische interactie. Aandacht verdienen nog het duet tussen Reid en Nilssen-Love, halverwege dit tweede deel en de intense bijdrage van McPhee vlak daarna, half blazend, half pratend.
Op ‘Osel’ het eerste nummer van ‘Of Beyond Thule, Volume 2, horen we voor het eerst Rempis in de rol die we zo goed van hem kennen. Aangevuurd door Nilssen-Love en Lopez speelt hij zijn eerste allesverzengende solo. Die van McPhee erna voelt gewoonweg weldadig, zelfs als hij verderop het experiment kiest, half blazend, half pratend. ‘Kaaii’ bouwt verder op die rust, nergens op deze twee albums vallen de klanken van Rempis en McPhee zo overtuigend samen als hier en ook nergens is Reids cello zo mooi te horen. De onstuimigheid in ‘Smøla’ valt nu eens te meer op. Prachtig hoe de klanken van dit kwintet hier langs elkaar heen schuren, een explosief klankmengsel dat je als luisteraar op het puntje van je stoel doet belanden. En dan het begin van ‘Hekla’, Rempis met deze ritmesectie plus: een gestage opbouw richting onstuimigheid.
Ballister is nog steeds één van de interessantste projecten van Rempis, sinds 2011 zagen negen albums het licht, waarvan dit ‘Znacki Stilyag’ de laatste is. Voor hen die zich net als ik afvragen waar die titel vandaan komt: De opnames voor dit album werden gemaakt tijdens een concert in Moskou, oktober 2019. Voorafgaand tijdens een wandeling door de stad pikten zowel Rempis als Lonberg-Holm deze woorden op, natuurlijk zonder te weten wat ze betekenden en combineeerden ze tot de titel. De muziek van Ballister vergeleek ik eerder met een koortsdroom: “Zweterig lig je te woelen, onwelkome gedachten wegdrukkend. Alles tevergeefs.” Een vergelijking die zich bij deze opnames wederom opdringt. Het zit in de stuwende klanken van Lonberg-Holm, duidelijk een geheel andere cellist dan Tomeka Reid en Nilssen-Love, maar zeker ook in de oeverloze partijen van Rempis. In het bijna veertig minuten durende ‘Fuck the Money Changers’ klinkt de kracht die in de titel besloten ligt op menig moment. Natuurlijk zitten er rustpunten in, al was het maar om ons luisteraars even op adem te komen. Het is ook hier dat we een mooi beeld krijgen van het spel van Lonberg-Holm: stevig, rafelig, krakend en schurend beweegt hij zich door de noten. Horen we bij Reid nog wel eens een normale noot, bij deze man zijn die ver te zoeken – een uitzondering is de bijna klassiek ingetogen passage op tweederde van dit stuk. Maar die rustpunten zijn hier wel in de minderheid, onherroepelijk komt altijd weer het moment dat het gedaan is, meestal doordat Nilssen-Love het welletjes vindt en zijn medebandleden meetrekt in een volgende maalstroom.
(Delen van) de albums zijn te beluisteren via Bandcamp en daar ook te koop. Fysieke exemplaren zijn te koop bij aerophonicrecords.