Vrouwen zijn nog altijd ondervertegenwoordigd in de jazz, iets dat nog sterker geldt voor zwarte vrouwen. En als je dan ook nog kiest voor de fluit, een instrument dat we niet vaak horen in de jazz, lijkt doorbreken helemaal onmogelijk. Het lukte Nicole Mitchell en al zo’n twee decennia speelt zij een bijzondere rol in de hedendaagse jazz. Albums van Mark Dresser Seven, het Matthew Shipp Trio, haar eigen Black Earth Ensemble en haar samenwerking met Moor Mother tonen daarbij haar enorme veelzijdigheid.
Dressers septet is een heuse all star band, met naast de naamdrager op bas en Mitchell op diverse fluiten rietblazer Marty Ehrlich, trombonist Michael Dessen, violist Keir Gogwilt, pianist Joshua White en drummer Jim Black. Het bij Clean Feed verschenen ‘Ain’t Nothing But A Cyber Coup & You’ is het tweede album van deze band, na het debuut uit 2016: ‘Sedimental You’. En een septet mag dan geen bigband zijn, de muziek heeft er opvallend veel van weg. Zeker door de strakke blazersarrangementen, bijvoorbeeld in het titelstuk, die als rustpunten dienen voor de opvallend virtuoze solo’s, Mitchell voorop. Zo is ze al uitgebreid te horen in opener ‘Black Arthur’s Bounce’. En de fluit mag dan beperkt zijn in het bereik, het gaat geenszins ten koste van de zeggingskracht. Van virtuositeit en zeggingskracht getuigen ook zeker de solo’s van Ehrlich en White. In het zeer korte ‘Pre-Gloam’ – zeer korte en vrij lange stukken wisselen elkaar hier op dit album af – horen we Mitchell op de altfluit, alsof de aarde zich opent. Prachtig is ook haar bijna klassiek klinkende bijdrage in de ballade ‘Gloaming’, juist de fluit met zijn transparante klank past hier perfect. Volop knarsende noten en dwarse verbanden in ‘Let Them Eat Paper Towels’ en tegen het einde weer zo’n schitterende fluitsolo, overigens hier op een aantrekkelijk ritmisch patroon van drummer Jim Black. Tot slot moeten we hier het korte, folkachtige melodietje ‘Song Tine’ nog noemen.
Bijzonder is ook zeker het vorig jaar bij Rogue Art verschenen ‘All Things Are’, de getuigenis van de samenwerking tussen Mitchell en het Matthew Shipp Trio – met naast Shipp, bassist Michael Bisio en drummer Newman Taylor Baker – opgenomen tijdens een hete dag in augustus 2017. De stemmig opener ‘Elements’ zet Mitchell direct in de schijnwerpers middels drone-achtige klanken van de altfluit, terwijl Shipp de melodie speelt. Verderop schuiven de klanken echter verder naar elkaar toe en ontstaat er een opvallende eenheid, prachtig hoe ze hier samen de melodie weergeven. In ‘Well Spring’ overheerst de blues, puntig gespeeld door Shipp, uitbundig verfraaid door Mitchell en strak begeleid door Bisio en Baker. Een stemming van melancholie maakt zich van ons meester. Het kenmerkt ook het wat experimentelere ‘It’, ‘Hidden Essence’ en ‘Blossom’, in die twee laatsten valt vooral het krachtige en soms zeer ritmische pianospel van Shipp op. Prachtig klinkt de fluit ook in ‘Water and Earth’ en ‘Fire and Air’. Middels een grote diversiteit aan technieken weet Mitchell de elementen in klank te vangen, op de achtergrond sfeervol ondersteund door dit trio.
Het bij FPE Records verschenen ‘EarthSeed’ maakte Mitchell samen met haar eigen Black Earth Ensemble en de componiste, zangeres en in live elektronica gespecialiseerde Lisa E. Harris. De twee brengen met dit conceptalbum een hommage aan de in 2006 overleden zwarte schrijfster Octavia E. Butler die in de jaren ’90 een aantal verontrustende romans schreef over het verval van de VS. Romans die helaas getuigden van een vooruitziende blik zoals we ook op dit moment weer mogen meemaken. Met verder zanger Julian Otis, violiste Zara Zaharieva, celliste Tomeka Reid, trompettist Ben LaMar Gay en percussionist Avreeayl Ra, weten de twee hun verhaal op ongemeen boeiende wijze voor het voetlicht te brengen. Een zeer spannend album, met de allure van een opera, waarin de sfeer van verval in iedere noot doorklinkt. Neem als voorbeeld ‘Biotic Seeds’ en de wijze waarop hier de stem van de vertellers, Harris en Otis, wordt gecombineerd met de klank van LaMar Gay’s trompet en Zaharieva’s viool. Of neem het duidelijk Afrikaans georiënteerde, zeer ritmische ‘Yes and Know’, met onder meer een fabelachtige fluitsolo. Een ander hoogtepunt vormt het onvervalste staaltje stemkunst in ‘Phallus and Chalice’ en let dan ook zeker op de ondersteunende rol van de instrumenten in het geheel.
Tot slot verschenen bij Don Giovanni Records, onder de titel ‘Offering – Live at Le Guess Who’ de opnames van het concert dat Mitchell gaf samen met dichteres en voordrachtskunstenaar Camae Ayewa, beter bekend onder de naam Moor Mother op dit Utrechtse festival. Ook hier brengen de twee met kracht een politiek statement, al begint ‘Up Out of the Ugly’ instrumentaal met een delicate fluitklank en golven elektronica, tot we Moor Mother horen: “So much ugly” zingt ze te midden van spookachtige elektronica klanken. Drie sterke, intense en overrompelende stukken, met het tweede, zeer indringende ‘Vultures Laughing’ als verontrustend hoogtepunt. Moor Mother zingend, pratend met dreigende stem, ondersteund door al even dreigende noise klanken. Bijzonder is ook de elektronica in ‘Prototype Eve’, deels psychedelisch surrealistisch en deels verontrustend. Ongeschikt voor tere zielen, maar dat geldt voor dit gehele optreden.
‘EarthSeed’ en ‘Offering – Live at Le Guess Who’ zijn te beluisteren en te koop via Bandcamp: