De Zwitserse trombonist Samuel Blaser, tegenwoordig zoals zoveel musici woonachtig in Berlijn, timmert nu reeds zo’n twintig jaar gestaag aan de weg. Hij maakte deel uit van het Vienna Art Orchestra en The European Radio Big Band en heeft daarnaast een aantal eigen projecten, waaronder het octet waarmee hij bij Enja ‘Routes’ lanceerde, dat onlangs de Preis der deutschen Schallplattenkritik won. Blaser werkt ook sinds jaar en dag samen met de Franse gitarist Marc Ducret. Ze vormen samen een duo en een trio, met drummer Peter Bruun, maar Blaser is ook te horen op het bij Ayler Records verschenen ‘Ici’ van Ducret.
Diverse locaties, Den Haag – 21 en 22 oktober 2023
Tijdens het laatste concert met de muziek van Lera Auerbach twee stukken voor kleine bezetting, het ‘Trio voor viool, hoorn en piano’ uit 2014 en de ‘Seraphim Canticles’ voor strijksextet, uit 2011, beiden uitgevoerd door het New European Ensemble en de uit 2013 stammende ‘Gallows Songs’ voor saxofoonkwartet, we horen het Berlage Saxophone Quartet en vrouwenkoor, Nationaal Vrouwen Jeugdkoor, onder leiding van László Norbert Nemes. Festival Dag in de Branding bedong dat dit weekend tevens stukken van Nederlandse of in Nederland woonachtige componisten zouden klinken: En dus hoorden we ‘Dreams of Air’ van Rozalie Hirs, ‘Thorns’ van Kate Moore en ‘Paschali Laudes’ van Guzmán Calzada Llorente, die voor twee jaar aan het festival verbonden is als componist in residentie.
Ik vervolg mijn verslag van het Festival gewijd aan de muziek van Lera Auerbach met de twee concerten op zaterdagavond in de concertzaal van Amare. Gespeeld werden ‘Sogno di Stabat Mater (naar Pergolesi)’ uit 2015, door musici van het New European Ensemble, samen met studenten van de Ensemble Academy van het Koninklijk Conservatorium, ‘Dreammusik voor cello en kammermuziekensemble’ uit 2014 door het New European Ensemble en het splinternieuwe ‘Flights of the Angakok’ dat afgelopen donderdag zijn wereldpremière beleefde in het Muziekgebouw aan ’t IJ, door het Nederlands Kamerkoor, pianiste Yang Yang Cai, de percussionisten Vitaly Medvedev en Kalina Vladovska en Thorwald Jørgensen op theremin. En dat alles onder leiding van Auerbach zelf.
Deze week staat, dankzij Amare en Festival Dag in de Branding de Russisch-Amerikaanse componiste Lera Auerbach volop in de schijnwerpers. Ik maakte er reeds eerder gewag van naar aanleiding van recente Cd’s met haar 24 preludes voor viool en piano en de twee laatste piano trio’s, die overigens afgelopen woensdag op dit festival ook live werden uitgevoerd. Gisterenavond klonk in de concertzaal van Amare, door het Residentie Orkest en onder haar leiding, de tweede uitvoering van haar vijfde symfonie ‘Paradise Lost’ en vanmiddag voerden altvioliste Esther Apituley en pianiste Saskia Lankhoorn ‘Arcanum’ uit. Maar er was meer: we hoorden Auerbach vrijdagavond ook als pianiste in Mozart’s twintigste pianosconcert, KV 466, het spelen combinerend met het dirigeren, een prachtig gezicht.
Het fameuze Kronos Quartet bestaat vijftig jaar! In november 1973 gaven ze hun eerste concert. Reden dus om de wereld rond te gaan en dus ook De Singel in Antwerpen aan te doen, met een programma dat recht moet doen aan een halve eeuw spelen en ontdekken. Onmogelijk natuurlijk, ze zouden een maand lang, iedere avond in De Singel moeten staan om een beetje in de buurt te komen.Want als er één strijkkwartet is dat zich gecommitteerd heeft aan hedendaagse gecomponeerde muziek, dan is het wel dit kwartet. Het aantal werken speciaal voor hen geschreven, met als meest bijzondere wapenfeit ‘Fifty for the Future’, is inmiddels niet meer bij te houden. Opvallend is de consistentie in dit kwartet, oprichter en eerste violist David Harrington, tweede violist John Sherba en altviolist Hank Dutt kennen elkaar inmiddels door en door. Alleen de rol van de cellist is de nodige keren gewisseld, Paul Wiancko stapte februari van dit jaar in. Een eerste kenmerk van dit kwartet: alles is hedendaags, het oudste stuk stamt uit 1984, van het meest recente is de inkt net droog. Een tweede kenmerk: dit kwartet haalt zijn werk werkelijk overal vandaan, het beperkt zich geenszins tot westerse componisten, het beperkt zich zelfs niet tot ‘klassieke’ componisten, ook dat kwam gisteren overduidelijk aan bod. Een derde kenmerk is dat dit kwartet ook een boodschap heeft en de actualiteit geenszins schuwt. En tot slot een vierde kenmerk: deze meesters beperken zich al lang niet meer tot die vier snaarinstrumenten, met de benaming ‘strijkkwartet’ doe je het Kronos Quartet feitelijk te kort.
Ik blijf nog even hangen in Scandinavië en bij Thanatosis Produktion voor drie duo albums van musici die hier de afgelopen dagen reeds voorbij kwamen: Martin Küchen, Marianne Svašek, Vilhelm Bromander en My Helggren. Rietblazer en tegenwoordig ook percussionist Martin Küchen bracht bij Thanatosis, samen met pianiste Sophie Agnel‘Detour Tunnels of Light’ uit, terwijl we Svašek en Bromander horen op Svašek’s ‘Marwa’. Tot slot aandacht voor de snaren virtuoos Peter Söderberg die met zes musici een duet opnam, waaronder Bromander en Hellgren en zijn album ‘String Dialogues’ noemde. Het leuke aan dit album is dat je snaren hier ruim kunt opvatten, niet alleen strijkers en plukkers komen aan bod, ook met de pianist Stan Sandell nam hij een duet op.
Vandaag twee musici die we ook gisteren tegen kwamen: bassist Vilhelm Bromander en pianist Alex Zethson.. Bromander horen we als onderdeel van een dertien musici tellende band die gitarist Kasper Agnas‘ samenstelde voor ‘Imber’, een compositie die we vinden op de EP ‘1305’, die eerder dit jaar verscheen bij Haphazard Music en Zethson bracht eerder dit jaar de EP ‘Terje’ uit bij Supertraditional Records. Beiden vinden we aansluitend op het eerder deze maand bij Thanatosis verschenen: ‘Liturgy of Lacuna’ van Zethson’s collectief Vathres.
Ik vervolg mijn serie rondom bigbands, jazzorkesten en de grotere ensembles met drie albums van musici uit Scandinavië. Saxofoniste Mette Rasmussen en gitarist Julien Desprez vormen samen The Hatch. Voor twee concerten, in Houston en Austin, beiden in Texas, breidden ze de band uit. ‘Texas Edtion’ verscheen bij Astral Spirits. Voor meer groot werk schuiven we door naar Thanatosis. Bassist Vilhelm Bromander bracht hier ‘In This Forever Unfolding Moment’ uit, met een bezetting die voor een deel overlapt met Martin Küchens ‘Kalypso Hypnos Drome’. Een soort van prelude op ‘The Death of Kalypso’, dat in première ging tijdens de laatste editie van Summer Bummer en dat begin volgend jaar op Cd uitkomt.
Samen met Dag in de Branding organiseert het Haagse theater Amare later deze maand een festival rondom de Russich-Amerikaanse componiste Lera Auerbach. Zij zal daar zelf bij aanweg zijn, zowel in de rol van pianiste als in die van dirigent. Om alvast een beetje in de sfeer te komen hier twee Cd’s met kamermuziek die onlangs verschenen. Het Delta Piano Trio nam het derde en vierde pianotrio op, ook tijdens het festival te horen, samen met ‘Lonely Suite – Ballet for a Lonely Violinist’, opus 70, ‘Three Dances in Old Style’, opus 54 en ‘Milking Darkness’ waar het bij Challenge Records verschenen album zijn titel aan ontleent. Verder verscheen bij Naxos een album met de 24 Preludes voor viool en piano, opus 46, uitgevoerd door violiste Christine Bernsted en pianist Ramez Mhaanna. Auerbach schreef ook 24 Preludes voor piano cello, opus 41 en voor cello en piano, opus 47, die laatste klinken tijdens het festival, waarbij we Auerbach zelf op piano horen.
Op 18 september maakte de stichting die ieder jaar de Edisons uitreikt, NVPI, deze bekend in de categorieën Jazz en Klassiek. Afgelopen maandagavond werden ze uitgereikt in het theater van softwarebouwer AFAS, één van de sponsoren. Een feestelijk diner gelardeerd met de nodige toekenningen en interviews. Tevens werden er twee oeuvre prijzen uitgereikt, waarvan de namen niet vooraf bekend waren gemaakt. André Rieu won hem in de categorie klassiek en drummer Han Bennink, een veel geziene gast op deze blog, kreeg hem voor jazz. Wie de Edisons kent weet dat de keuze voor beiden eigenlijk wel een heel bijzondere is. Voor Rieu omdat hij, in ieder geval in Nederland, door de ‘klassieke’ muziekindustrie niet echt serieus wordt genomen en voor Bennink omdat hij nu niet bepaald melodieuze muziek maakt. Want hoe mooi de muziek ook was die er op deze maandagavond klonk, heel spannend, tegendraads en onverwacht kon ik het over het algemeen niet noemen. Het verklaart voor een deel waarom geen enkel winnend album hier voorbij kwam.