De Link, Tilburg – 6 maart 2019
Ensemble Vonk, één van de kleurrijkste ensembles binnen de gecomponeerde muziek vatte in 2017 het plan op om naast muziektheater te gaan werken met het klassieke lied. Nieuwe liederen, speciaal geschreven voor dit ensemble. Oprichtster en artistiek leider Nicoline Soeter schreef er vier en vroeg de Amerikaanse componiste Molly Joyce en de Nederlandse Brechtje van Dijk, die tot voor kort onder haar voornaam bekend was en zichzelf sinds kort Bec Plexus noemt, eveneens om een aantal liederen. In De Link, thuisbasis van deze muzikanten – een groot deel runt de concertreeks als vrijwilliger – vond afgelopen dinsdag de Cd presentatie plaats.
Vonk is op deze blog geen onbekende. Het in 2015 opgerichte ensemble speelde meerdere keren op het helaas niet meer bestaande Incubate Festival en bracht in 2016 het bijzondere ‘Wunderkammer’ in première. En nu dus een album vol liedjes, Elf vinden we er op ‘Whose Arm Is That’ De vier van Soeter, vier van Joyce en drie van Brechtje. De componisten maakten daarbij een duidelijke keuze voor de tekst en de verstaanbaarheid van de zang en minder voor uitgebreid muzikale uitweidingen. De drie musici: saxofonist Tom Sanderman, klarinettist Erwin Muller en percussionist Reggy van Bakel staan dan ook in dienst van het totaal. Solo’s zijn er vrijwel niet en de stukken hebben de lengte van een goede popsong. Wat verder opvalt is dat alle elf stukken sterk harmonisch en melodisch zijn, hier valt geen onvertogen noot.
De vier liederen van Molly Joyce vormen als enige echt een eenheid, een cyclus . ‘Conform’, ‘Deform’, ‘Reform’ en ‘Transform’ hebben alle een relatie met een persoonlijke tragedie van Joyce: zij ervaart nog immer de fysieke gevolgen van een auto ongeluk. Een gebeurtenis die de zaken op zijn kop zet en je laat nadenken over wie je bent en hoe je je verhoudt tot je omgeving. Joyce geeft dit weer middels haar teksten, maar zeker ook met haar muziek. Zo klinkt sopraan Rianne Wilbers – die alle elf liederen op bijzondere wijze recht doet – in ‘Conform’ subtiel en doorleefd. Prachtig is hier ook het geluid van Van Bakels vibrafoon: hoge klanken zwevend door de lucht. ’Deform’ wordt weer gekenmerkt door Sandermans ritmische patroon op baritonsax, terwijl Muller op klarinet voor verdere inkleuring zorg. ‘Form’ is het gemeenschappelijk in de vier titels en duidt op ontwikkeling, verandering en evolutie.
Dat is geen toeval, Soeter die de twee componisten vroeg wilde juist met dit thema iets doen. Dit thema komen we dan ook in andere gedaantes tegen in de overige zeven liederen. Bijvoorbeeld in die van Soeter zelf. In ‘The Great Oxidation Event’, dat handelt over de rol van alg in de evolutie – Soeter lied in ‘Wunderkammer’ reeds zien veel interesse te hebben in de geschiedenis van de wetenschap – weven de vier musici een prachtig kleurrijk klanktapijt. Van Bakel is hier leidend met een strak ritmisch patroon op de marimba, terwijl Sanderman op sopraansax, Muller op basklarinet en Wilbers met haar zang en op duimpiano voor de verdere inkleuring zorgen. Bijzonder is ook ‘Circles & Squares’ waarin Sanderman zijn sax heeft verruild voor de gongs, samen met de verdere bezetting van marimba en basklarinet krijgt dit stuk iets exotisch.
De liederen van Brechtje kenmerken zich door een licht absurdistische toon, dat blijkt reeds uit de titels. Zo is ‘How to unpack a bombvest’ een vreemd soort gebruiksaanwijzing, waarin het slagwerk een grote rol speelt, als een soort markeerpunten tussen de vreemde zinnen. Zoals vaker bij deze componiste bergt ook dit lied een element van theater in zich. Wilbers vindt het duidelijk een uitdaging om deze vreemde tekst op een goede manier voor het voetlicht te brengen, een stuk dat haar prima ligt. Slagwerk speelt ook een grote rol in het kleurrijke en exotische ‘Evolution of my Mexican Food’, naast bijdrages op sopraansax en klarinet van Sander man en Muller. Een prima afsluiting van een originele set aan liederen.